Archeologisch booronderzoek aanleg persleiding Joure-Scharsterbrug, gemeente De Friese Meren (FR)

Voorafgaand aan het booronderzoek heeft een bureauonderzoek plaatsgevonden (Satijn 2014). Voor de resultaten van dit onderzoek wordt hiernaar verwezen. Volgens dit onderzoek bestaat het onderzoeksgebied uit een ontgonnen veengebied. Onder dit veen bevindt zich een dekzandvlakte, waarin waarschijnlijk sprake is van podzolvorming in de top van het dekzand. Verder ligt in het noordelijk deel van het plangebied een dekzandrug en zijn hierdoor de veenontginning meren ontstaan, die tegenwoordig niet meer bestaan. Archeologische vindplaatsen zijn binnen het plangebied niet bekend. Uit het booronderzoek komt naar voren dat de bodem in het onderzoeksgebied bestaat uit een dekzandvlakte met lichte glooiingen en welvingen. In het dekzand heeft zich een podzolprofiel ontwikkeld. In een deel van het onderzoeksgebied is een restant veen op het dekzand aanwezig. In vrijwel het gehele onderzoeksgebied is de bodem intact. In het uiterste noordoosten is de bodemopbouw verstoord door (sub-)recente infrastructurele werken (wegen en bermsloten). In het uiterste zuidwesten is sprake van verstoring door een gastransportleiding. In het tussenliggende gebied is soms sprake van een gedeeltelijke verstoring van de bodemopbouw door aftoppen of afploegen van de top van het natuurlijke dekzand. Ondanks dat de bodemopbouw in vrijwel het gehele onderzoeksgebied onverstoord is, zijn er geen archeologische indicatoren aangetroffen. De kans op het aantreffen van archeologische resten binnen het onderzoeksgebied lijkt dan ook laag te zijn. Ondanks dat de bodem in het grootste deel van het onderzoeksgebied ongeroerd is en er duidelijk sprake is van podzolvorming in het gebied, zijn bij het archeologisch booronderzoek geen archeologische indicatoren gevonden die duiden op menselijke activiteit in het gebied in de prehistorie. Ook zijn geen aanwijzingen voor bewoning op huisterpen of ontginningen uit de periode rond het begin van de jaartelling of uit de middeleeuwen gevonden. Het advies luidt daarom binnen het onderzoeksgebied geen verder archeologisch onderzoek uit te voeren