Archeologisch bureau- en booronderzoek aan de Roessinghkamplaan te Westerbork, gemeente Midden-Drenthe (DR)

Wegens de vermoedelijke ligging ervan in een gebied met podzolgronden kunnen in het onderzoeksgebied resten worden verwacht uit alle archeologische periodes. Er geldt met name een hoge kans op het aantreffen van resten uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd, door de ligging van het onderzoeksgebied op de grens met de historische kern van Westerbork. Uit de resultaten van een eerder booronderzoek, dat in het zuidelijk deel van het onderzoeksgebied is uitgevoerd, blijkt de top van het dekzand hier echter te zijn afgetopt, tot in de top van de C-horizont, waardoor de kans op het aantreffen van archeologische resten laag is. Het huidige booronderzoek bevestigt dit beeld voor het overige deel van het onderzoeksgebied. In twee boringen is keileem aangeboord, op een diepte van 1,5 en 1,7 m-mv. De top van het dekzand ligt op circa 0,7 m-mv, alleen in boring 3 is dit dieper, op 1,2 m-mv. In de boringen ter hoogte van waar bebouwing uit de late 19e of begin 20e eeuw heeft gestaan, is sprake van een humeuze toplaag met enige puinresten (boringen 1, 5 en 6). In boring 4 bestaat de toplaag uit boomgrond. Boringen 2 en 3 liggen op de parkeerplaats en dichter bij de bestaande bebouwing. Hier is sprake van opgebracht geel zand onder een dunne humeuze toplaag van 0,1 m dik. MUG Ingenieursbureau adviseert op grond van bovenstaande onderzoeksresultaten om geen vervolgonderzoek uit te voeren en het onderzoeksgebied vrij te geven. De top van het dekzand en daarmee de archeologisch relevante laag, is niet intact. Hoewel eventuele diepere archeologische sporen nog wel in de dekzand C-horizont kunnen worden aangetroffen, is aan de hand van het huidige onderzoek (in de boorstaten of aan de hand van vondstmateriaal) geen indicatie voor de aanwezigheid hiervan