Europees arbeidsrecht

Ook al lijkt het arbeidsrecht een puur nationale kwestie, ‘Europa’ heeft inmiddels veel invloed gehad op het nationale arbeidsrecht. Dat heeft geleid tot zaken die we inmiddels als vanzelfsprekend beschouwen, zoals gelijke behandeling van mannen en vrouwen en overgang van ondernemingen, maar ook tot spanningen. Zo hangt bijvoorbeeld de ‘Brexit’ samen met EU-regelingen omtrent de toegang van buitenlandse arbeidskrachten tot de Britse arbeidsmarkt. Al sinds de oprichting van de EEG in 1957 worstelt ‘Europa’ met het verenigen van economische en sociale doelstellingen in zijn regelgevend optreden en die worsteling komt in tijden van crisis scherp naar voren. Sinds de toetreding van de lidstaten uit Midden- en Oost-Europa leiden bijvoorbeeld de Europese detacheringsregels tot veel verzet van de oude, ‘ontvangende’ lidstaten. Nationale en Europese normen en belangen op sociaal-economisch gebied blijken soms ver uiteen te lopen. Dit boek bestrijkt het brede terrein van het Europees arbeidsrecht. Het biedt de lezer niet alleen een grondige bespreking van het gehele ‘Europees sociaal acquis’, maar ook inzicht in de achtergronden en oorzaken van genoemde spanningen. Aan de orde komen o.a. de verhouding tussen Europees en nationaal (arbeids)recht, sociale grondrechten, gelijke behandeling, arbeidsomstandigheden en arbeidstijden, insolventie, collectief ontslag, overgang van onderneming, medezeggenschap, de rol van sociale partners op Europees niveau en alle juridische vraagstukken die spelen bij het grensoverschrijdende werknemers- en dienstenverkeer binnen de EU. Dit boek is in de eerste plaats geschreven voor het universitaire Masteronderwijs in het Europese arbeidsrecht, maar is eigenlijk onmisbaar voor iedere jurist die zich met het (Europese, internationale en/of ‘Nederlandse’) arbeidsrecht bezighoudt. Het eveneens bij Kluwer verschenen wetboek, ‘Wetgeving Europees Arbeidsrecht’, sluit zowel qua selectie als thematische ordening bij dit boek aan. Deze vierde, geheel herziene, druk is tot stand gekomen onder redactie van F.J.L. (Frans) Pennings en S.S.M. (Saskia) Peters, hoogleraar sociaal recht aan de Universiteit Utrecht respectievelijk hoogleraar arbeidsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen