Hoofdstraat 162-164, Schijndel, gemeente Schijndel: een bureau- en inventariserend veldonderzoek in de vorm van boringen: Bureau voor Archeologie Rapport 204

Het plangebied ligt in het Brabants Zandgebied op een dekzandrug. Dekzandruggen waren vanaf de prehistorie aantrekkelijk voor bewoning. In de Late Middeleeuwen is op de dekzandrug Schijndel ontstaan. Het plangebied ligt net buiten de historische kern van Schijndel. Het plangebied was lange tijd onderdeel van de dorpsakkers van Schijndel, waardoor in het plangebied waarschijnlijk een antropogeen dek is ontstaan. In het begin van de 20 e eeuw is het plangebied bebouwd. Dit is de huidige bebouwing binnen het plangebied. De bebouwing beslaat het grootste deel van het plangebied. In het onbebouwde deel van het plangebied zijn drie boringen gezet tot maximaal 150 cm -mv. In alle boringen is een humeus zandpakket aanwezig dat wordt geïnterpreteerd als een antropogeen dek. Het pakket bevat hardgebakken baksteenfragmenten in alle boorprofielen, glas en puin in boorprofiel 2 en gele vlekken,hardbakken baksteenfragmenten, houtskool, en sintels in boorprofiel 3. Onderin het antropogene dek is geen oude bodem aangetroffen. Uit bovenstaande wordt geconcludeerd dat het pakket waarschijnlijk recentelijk is omgewerkt en/of opgebracht en de oorspronkelijke bodem is opgenomen in het antropogene dek. Verondersteld wordt dat ter plaatse het bebouwde deel van het plangebied, met name ter plaatse van het pand dat is gebouwd in de jaren 40 van de vorige eeuw, ook geen oude bodem meer aanwezig is en de bodem eveneens tot in de C-horizont is geroerd