Proefsleuvenonderzoek (IVO-P) Locatie Radeland te Brummen in de gemeente Brummen

Econsultancy heeft in opdracht van Bureau bos een proefsleuvenonderzoek uitgevoerd op Locatie Radeland te Brummen in de gemeente Brummen (figuur 1 en 2). In het plangebied zal de nieuwbouw van twee woongroepen worden gerealiseerd (figuur 2).Het archeologisch onderzoek wordt noodzakelijk geacht om te bepalen of er een gerede kans is dat archeologische waarden wel of niet aanwezig (kunnen) zijn in de ondergrond, die door de voorgenomen bodemingrepen kunnen worden aangetast/verloren kunnen gaan. Daarom is het conform het beleid van de gemeente verplicht voorafgaand archeologisch onderzoek uit te voeren (bijlage 2). Doel van het proefsleuvenonderzoek is het aanvullen en toetsen van de gespecificeerde archeologische verwachting zoals vermeld in het bureau- en booronderzoek. Het gaat om gebied- of vindplaatsgericht onderzoek. Het proefsleuvenonderzoek gebeurt door middel van waarnemingen in het veld, waarbij (extra) informatie wordt verkregen over bekende en /of verwachte archeologische waarden binnen een onderzoeksgebied. Dit omvat de aan- of afwezigheid, de aard, de omvang, de datering, de gaafheid, de conservering en de inhoudelijke kwaliteit van de archeologische waarden. Op basis van de resultaten van het vooronderzoek is geconcludeerd dat er binnen het plangebied een hoge verwachting bestaat op het voorkomen van archeologische resten vanaf het Neolithicum. Geadviseerd is om een vervolgonderzoek te laten uitvoeren daar waar bodemingrepen gaan plaatsvinden die dieper reiken dan 40 cm onder maaiveld, hetgeen gelijk staat aan de waargenomen verstoringsdiepte in het centraal-oostelijke deel van het plangebied, waaronder nog een deels intact bodemprofiel aangetroffen (incl. buffer 20 cm). Tijdens het veldwerk is gewerkt conform de gestelde onderzoeksmethodiek zoals beschreven in het PvE. Er zijn in het plangebied twee proefsleuven aangelegd van 20 x 4 m, één centraal in het noordelijk gelegen terreindeel en één centraal in het zuidelijk gelegen terreindeel. De proefsleuven hebben een totaal oppervlak van circa 160 m2 (circa 14 % van de oppervlakte van het totale plangebied).De proefsleuven zijn in de top van de C-horizont aangelegd. De aangetroffen bodemprofielen komen in sterke mate overeen met de bodemopbouw, zoals aangetroffen bij het verkennend booronderzoek. De bodem is voor het grootste deel verstoord tot in de C-horizont, maar kan voor de (deels) intacte delen worden geclassificeerd als een veldpodzol. In de proefsleuven zijn een drietal sporen aangetroffen, die op basis van het vijftal vondsten die hieruit zijn verzameld kunnen worden gedateerd in de 20e eeuw of later. De sporen zijn waarschijnlijk veroorzaakt door (sub)recente vergravingen. Het ontbreken van archeologische waarden in de proefsleuven leidt tot de conclusie dat er geen sprake is van een (behoudenswaardige) vindplaats. Het selectieadvies is daarom dan ook om geen vervolgonderzoek uit te voeren en het plangebied vrij te geven voor verdere ontwikkeling. Het definitieve selectiebesluit zal worden genomen door de bevoegde overheid, de gemeente Brummen