Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek in het plangebied 'Binnenveld' te Tubbergen, gemeente Tubbergen (Ov.): Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/45

In september 2009 en april 2010 is in opdracht van de gemeente Tubbergen door Ingenieursbureau Oranjewoud BV een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd op een locatie in Tubbergen, gemeente Tubbergen (Overijssel). Het betreft het uitbreidingsgebied 'Binnenveld' aan de westrand van Tubbergen. De aanleiding voor het archeologisch onderzoek is de geplande herinrichting van het gebied. In het plangebied zal in de toekomst woningbouw plaatsvinden. Bij de ruimtelijke onderbouwing in het kader van de vrijstelling van het bestemmingsplan dienen ook de eventueel aanwezige archeologische waarden in het gebied te worden geïnventariseerd. Het plangebied ligt direct ten oosten van de bebouwde kom van Tubbergen. De oostgrens en noordgrens wordt gevormd door de Singravenstraat. Het plangebied wordt in het zuiden begrensd door de Kapsweg. De westelijke uitloper van het plangebied snijdt de Warmelostraat en eindigt bij de Havezathestraat. Dwars door het plangebied (van noord naar zuid) loopt een watergang. Het plangebied heeft een oppervlakte van circa 3 ha. Op basis van het bureauonderzoek blijkt dat het plangebied in een beekdal ligt. Dit beekdal grenst in het noordwesten, oosten en zuiden aan dekzandwelvingen. In het plangebied worden vondstcomplexen verwacht die samenhangen met de landschappelijke eenheid 'beekdal'. Het betreft vuursteenvindplaatsen, afvaldumps, rituele deposities en resten van infrastructuur. Ook kunnen resten van een watermolen aanwezig zijn. De trefkans op deze vondstcomplexen middels de standaard prospectiemethoden (boringen of proefsleuven) is echter klein. Binnen het plangebied Binnenveld te Tubbergen is een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Dit booronderzoek heeft uitgewezen dat de bodemopbouw in het plangebied bestaat uit een sterk roestige beekeerdgrond met in twee gevallen een lutumrijke laag. Grote verstoringen zijn niet aangetroffen. Boring 9 wijkt wat betreft bodemopbouw iets af ten opzichte van de vorige boringen. Hier is een restant van een veldpodzolbodem aanwezig (B/C-horizont). De bovenliggende bodemlagen zijn niet meer in gave toestand in de bodem aanwezig. Bij inspectie van de boorkernen zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen