't Hoenstraat 30 Gemeente Den Haag: Inventariserend veldonderzoek-boringen

In verband met de voorgenomen uitbreiding van het patershuis aan de 't Hoenstraat tot een appartementengebouw is het gebied waarop zal worden gebouwd onderwerp geweest van een Inventariserend Veldonderzoek-boringen. Dit onderzoek is uitgevoerd omdat het gebied vanwege zijn geologische ondergrond een archeologische verwachting heeft. De boringen hebben aangetoond dat van de oorspronkelijke bodemopbouw niet veel meer over is. De diepte van de geconstateerde verstoringen zou er op kunnen wijzen dat ter plekke een afzanderijvaart gelegen geweest is. Ook de aanleg van het gebouwencomplex met ongetwijfeld zware funderingen kan een oorzaak geweest zijn. Nergens is een cultuurbodem aangetroffen of zijn archeologische indicatoren opgeboord. In één boring is een veenlaag aangetroffen. Deze is echter natuurlijk en niet door mensen beïnvloed. De boringen hebben daarnaast aangetoond dat de bodemopbouw net iets anders is dan op de Archeologische-geologische kaart staat vermeld. Het veenpakket is aangetroffen op een plek waar volgens de kaart de strandwal gesitueerd zou moeten zijn. Blijkbaar is de grens van de strandvlakte iets meer dan het noorden gelegen dan tot nu toe gedacht was. Het Inventariserend Veldonderzoek-boringen heeft dus duidelijk gemaakt dat in het plangebied 't Hoenstraat 30 geen archeologische waarden aanwezig zijn. Om die reden acht de Afdeling Archeologie van de Gemeente Den Haag verder onderzoek in het plangebied voorafgaand aan de aanleg van de nieuwbouw niet noodzakelijk