Sociaal-economische status als verklaring van verschillen ingezondheid tussen Marokkanen en Nederlanders

Allochtone Nederlanders hebben meer gezondheidsklachten en maken meer gebruik van huisartsenzorg dan autochtone Nederlanders. De groep allochtone Nederlanders vergrijst momenteel, waardoor de omvang van dit gezondheidsprobleem groeit. In dit artikel onderzoeken we of de slechtere sociaal-economische status (SES) van Marokkanen de gezondheidsver­ schillen tussen Marokkaanse en Nederlandse Amsterdammers kan verklaren, met opleidingsniveau als SES-indicator. Gegevens over de gezondheidstoestand van Marokkaanse Amsterdammers, afkomstig uit een landelijk survey-onderzoek, werden vergeleken met gezondheidsgegevens over Nederlandse Amsterdammers, afkomstig uit Amsterdams survey-on­derzoek. Er waren geen verschillen tussen Nederlanders en Marokkanen voor wat betreft psychische gezondheid, voorko­men van CARA, reuma en/of gewrichtsklachten en hoge bloeddruk, en het aantal ziekenhuisopnamen. Marokkanen rapporteerden een slechtere gezondheid, meer suikerziekte en meer chronische rugaandoeningen dan Nederlanders. Ma­rokkanen rookten minder dan Nederlanders en hadden vaker overgewicht dan Nederlanders. Marokkanen gingen vaker naar de huisarts dan Nederlanders. Aile gevonden verschillen tussen Nederlanders en Marokkanen bleven bestaan na cor­rectie voor opleidingsniveau. Het blijkt dat Marokkanen een slechtere gezondheidsbeleving hebben en, ook na correctie voor gezondheidsbeleving, meer gebruik maken van de huisarts dan Nederlanders. Deze verschillen worden kleiner, maar blijven bestaan na correctie voor SES. Blijkbaar verklaren ook andere factoren dan SES etnische verschillen in gezondheid