Meetkunde.

'Meetkunde' is net als 'metend rekenen' een domein bij uitstek voor toepassings- of realiteitsgerichte wiskunde. Eenvoudiger gezegd: het kan voor leerlingen een bijzonder motiverende vorm van wiskunde zijn omdat ze veel aanzetten en toepassingen meteen herkennen. Dat is niet altijd zo geweest in de voorbije decennia. Maar de nieuwe eindtermen en leerplannen wiskunde brengen dat functionele en praktische karakter van de meetkunde weer volop naar voor. Die eindtermen en leerplannen staan ook garant voor een duidelijke opbouwende lijn. Dat moet voor de auteurs van Meetkunde ook best zo zijn: een opbouw die meegaat met de psychische ontwikkeling van de leerlingen. Bij de keuze en volgorde van meetkunde-activiteiten laten zij zich veeleer leiden door het niveau of de fase in de denkontwikkeling van de leerlingen dan door de systematiek van het wiskundig systeem. Voor elke ontwikkelingsfase voorzien de auteurs voldoende activiteiten vooraleer ze naar een volgende fase overgaan. Te snel formaliseren leidt tot schijn- of splintervaardigheden. Leerlingen kunnen die vaak niet toegepassen in probleemsituaties omdat een goed inzicht nog ontbreekt. Deze geleidelijke opbouw vanaf de eerste tot en met de laatste jaren van de basisschool wordt in dit boek uiteengezet en onderbouwd met praktijkgerichte voorbeelden. De auteurs kiezen uitdrukkelijk voor een geleide constructie van meetkundekennis en voor een veelzijdige aanpak in de klas: een combinatie tussen de informele én de meer formele en systematische benadering. Kinderen krijgen volop kansen om op zoek te gaan en tegelijk krijgen ze een gestructureerd aanbod, aangepast aan hun ontwikkeling.Praktijkgids voor de basisschool, aflevering 68'Meetkunde' is net als 'metend rekenen' een domein bij uitstek voor toepassings- of realiteitsgerichte wiskunde. Eenvoudiger gezegd: het kan voor leerlingen een bijzonder motiverende vorm van wiskunde zijn omdat ze veel aanzetten en toepassingen meteen herkennen. Dat is niet altijd zo geweest in de voorbije decennia. Maar de nieuwe eindtermen en leerplannen wiskunde brengen dat functionele en praktische karakter van de meetkunde weer volop naar voor. Die eindtermen en leerplannen staan ook garant voor een duidelijke opbouwende lijn. Dat moet voor de auteurs van Meetkunde ook best zo zijn: een opbouw die meegaat met de psychische ontwikkeling van de leerlingen. Bij de keuze en volgorde van meetkunde-activiteiten laten zij zich veeleer leiden door het niveau of de fase in de denkontwikkeling van de leerlingen dan door de systematiek van het wiskundig systeem. Voor elke ontwikkelingsfase voorzien de auteurs voldoende activiteiten vooraleer ze naar een volgende fase overgaan. Te snel formaliseren leidt tot schijn- of splintervaardigheden. Leerlingen kunnen die vaak niet toegepassen in probleemsituaties omdat een goed inzicht nog ontbreekt. Deze geleidelijke opbouw vanaf de eerste tot en met de laatste jaren van de basisschool wordt in dit boek uiteengezet en onderbouwd met praktijkgerichte voorbeelden. De auteurs kiezen uitdrukkelijk voor een geleide constructie van meetkundekennis en voor een veelzijdige aanpak in de klas: een combinatie tussen de informele én de meer formele en systematische benadering. Kinderen krijgen volop kansen om op zoek te gaan en tegelijk krijgen ze een gestructureerd aanbod, aangepast aan hun ontwikkeling