Overheidsbeleid: Een inleiding in de beleidswetenschap

Geen samenleving kan zonder beleid. Zonder goed doordachte beleidsuitvoering blijven de maatschappelijke problemen onveranderd voortwoekeren. Deze inleiding in de beleidswetenschap draagt al decennialang bij aan goed beleid middels een toegankelijke en praktische introductie tot beleidsvoering. De titel kiest een uniek perspectief; het slaat een brug slaat tussen beleidsontwikkeling (politiek) en beleidsuitvoering (de diensten zoals de burgers en bedrijven die ervaren). De auteurs nemen je mee langs de afzonderlijke fasen van het beleidsproces. Welke maatschappelijke problemen komen op de agenda – en welke niet? Hoe kan een beleid worden ontworpen in overleg met andere overheden en belanghebbende burgers? Wat is de reactie van overheden wanneer blijkt dat burgers of bedrijven afgesproken regels niet nakomen? Ook de inhoud van beleid wordt kritisch onder de loep genomen. Je krijgt inzicht in de veronderstellingen die aan de keuze van de doelen en middelen ten grondslag liggen. Hoe houdbaar zijn deze? Hoe wordt het handelen van burgers en bedrijven beïnvloed? Op welke wijze wordt het beleid van overheden gecoördineerd? Ook maak je kennis met de politieke, juridische en ethische omgeving van overheidsbeleid. Hoe wordt tegelijkertijd recht gedaan aan tegenstrijdige waarden zoals democratie en leiding, idealisme en realisme, of eenheid en verscheidenheid? Stuk voor stuk vragen die in deze 10e editie door bekende bestuurskundigen en beleidswetenschappers worden voorzien van praktische antwoorden. Actuele ontwikkelingen beleidsvoering De 10e editie van deze uitgave is ingrijpend herzien en geactualiseerd. Zo wordt stilgestaan bij moderne trends in beleidsvoering zoals interactieve beleidsontwikkeling, benchmarking en ex ante toetsing van beleidsvoornemens. Zo is er een volkomen nieuw hoofdstuk gewijd aan benchmarking in de publieke sector. Verder wordt meer aandacht besteed aan de doorwerking van IT-toepassingen bij de uitvoering van beleid, evenals recente ontwikkelingen in de politicologische theorie over agendavorming. Tegelijkertijd wordt voortgebouwd op de al oude uitgangspunten die de introductie al decennialang tot een klassieker maken: analytisch, empirisch, objectief en – bovenal – praktijkgericht