Tjuchem, Hoofdweg 22 (Gemeente Midden-Groningen, Gr.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek (IVO-O) Verkennende Fase

In opdracht van W.A. Groen, vertegenwoordigd door dhr. P. Boelens, is een inventariserend archeologisch onderzoek uitgevoerd aan de Hoofdweg 22 te Tjuchem, gemeente Midden- Groningen, provincie Groningen (Figuur 1). Aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen herbouw van een boerderijschuur. Hiervoor wordt de huidige schuur gesloopt en wordt een nieuwe fundering gegraven op de locatie van de huidige fundering. De maximale diepte hiervan zal circa 90 centimeter onder maaiveld bedragen. De bodemingrepen kunnen leiden tot aantasting van eventueel in de ondergrond aanwezige archeologische waarden. Het doel van het onderzoek is vast te stellen wat de kans is op de aanwezigheid van archeologische waarden. Het onderzoek bestaat uit een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek (verkennende fase). Uit het bureauonderzoek bleek dat het plangebied in de streek Duurswold ligt, een van de laagste delen van Groningen. Het perceel ligt ruim een meter hoger dan de omliggende velden. Volgens eerder uitgevoerd bureauonderzoek ligt het plangebied op een wierde met haar oorsprong in de late ijzertijd/romeinse tijd of de middeleeuwen. Tevens ligt het plangebied op een oude boerderijplaats. Op historisch kaartmateriaal is deze vanaf tenminste 1811/1832 te zien. Op basis van het bureauonderzoek is daarom een verwachting voor archeologische waarden uit de late ijzertijd tot en met de nieuwe tijd. Uit het booronderzoek bleek dat de bodem bestaat uit een ophogingspakket van circa 80 centimeter tot een meter. In het pakket is geen gelaagdheid waargenomen. Het ophogingspakket is gevlekt en bevat (baksteen)puinspikkels of (baksteen)puinbrokken. Waarschijnlijk is het ophogingspakket in de nieuwe tijd vergraven. Er zijn geen aanwijzingen gevonden dat het gaat om een wierde uit de middeleeuwen. Onder dit pakket zijn kwelderafzettingen aanwezig bestaande uit klei met zandlagen, plantenresten en roestvlekken. Onder de kwelderafzettingen ligt een dik veenpakket. In geen van de boringen zijn naast het ophogingspakket en de puinresten, archeologische indicatoren gevonden