Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. boringen. Landbouwweg te Oosterhout.

In december 2020 – januari 2021 heeft Antea Group in opdracht van de gemeente Oosterhout een archeologisch onderzoek uitgevoerd voor het plangebied ‘Landbouwweg’ te Oosterhout, gemeente Oosterhout. Het onderzoek heeft bestaan uit een archeologisch bureauonderzoek en vervolgens uit een verkennend archeologisch booronderzoek. Aanleiding voor het uitgevoerde archeologische bureau- en booronderzoek is het voornemen van de gemeente Oosterhout om de berm in het plangebied te frezen en bomen aan te planten. Onderhavig onderzoek werd uitgevoerd in het kader van een omgevingsvergunning. Het plangebied valt binnen de vigerende bestemmingsplannen ‘Buitengebied 2013 (incl. Lint Oosteind), herziening 5 (Aansluiting N629-A27)’, waarvoor een dubbelbestemming waarde – archeologie is opgenomen. De geplande bodemingrepen overschrijden de bij deze dubbelbestemming horende vrijstellingsgrenzen (zie § 2.1.3). Bureauonderzoek Het plangebied ligt op circa 340m van de overgang naar de zone die met veen overdekt is geweest. Het plangebied ligt op de laagste delen van de overgang naar een dekzandrug. Hierdoor is de verwachting voor resten vanaf de steentijd tot en met de volle middeleeuwen middelhoog. Het plangebied kruist in het oostelijke deel het tracé van een weg die ten minste vanaf 1625 van Oosterhout naar het noorden liep (en rond 1800 deel uitmaakte van de Napoleonswegen). In 1811-1832 werd er een tweede weg bij aangelegd, die mogelijk ook het plangebied kruist, in het westelijke deel van het plangebied. Eerder werd in de nabijheid ook een deel van de Napoleonsbaan aangetroffen. Op basis van het bureauonderzoek kan niet met zekerheid worden vastgesteld in hoeverre een deel van het oorspronkelijke wegdek met kinderkopjes nog aanwezig is. De verwachting op het aantreffen van één of beide wegen is middelhoog. Op basis van de historische kaarten zijn er waarschijnlijk geen resten van bebouwing te verwachten in het plangebied. Booronderzoek Tijdens het archeologisch booronderzoek is een enigszins verrommeld pakket humeus zand op schoon zand aangetroffen. Nadrukkelijk lijkt het hier niet om een bouwvoor met daaronder de regulier A-Horizont te gaan. Op basis van de ligging van het plangebied en het hoogteverschil met de directe omgeving is met grote waarschijnlijkheid sprake van een cunet dat eind jaren zeventig van de vorige eeuw is aangebracht voor de N629 in combinatie met de Landbouwweg. Op grond van deze constatering is de kans gering dat met de voorgenomen bodemingrepen mogelijke resten verstoord worden. Het advies van Antea Group luidt dan ook om het plangebied vrij te geven voor de voorgenomen bodemingrepen zonder verder archeologisch onderzoek uit te voeren. De middelhoge verwachting voor archeologische resten uit het laat-paleolithicum tot en met de nieuwe tijd blijft echter wel behouden voor de dieper gelegen, natuurlijke ondergrond