Plangebied Molenstraat te Zundert, gemeente Zundert; een archeologische opgraving – variant archeologische begeleiding

Inleiding In opdracht van Krinkels b.v. heeft RAAP van 25 september 2018 tot en met 1 november 2018 een archeologische begeleiding uitgevoerd in het kader van het project ‘Herinrichting Molenstraat Zundert’ in de gemeente Zundert. Het onderzoek bestond uit het graven van enkele kleine proefsleuven en archeologische begeleiding van zeer lokale diepere bodemingrepen. De proefsleuven waren van waarderende aard: zijn er archeologische resten aanwezig, en zo ja, kan er iets over de kwaliteit van de resten gezegd worden? Het voornaamste doel van de archeologische begeleiding was het veiligstellen van de wetenschappelijke informatie (behoud ex situ), voor zover behoud in situ niet mogelijk was. Landschap Uit het onderzoek is gebleken dat de bodem in het plangebied van oorsprong een (haar)podzol was. In het plangebied bleek deze podzol echter opgenomen in ophooglagen uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd. Deze ophogingen werden in het hele onderzoeksgebied aangetroffen. Archeologie De archeologische resten bestaan uit een fundering van een huis, de fundering van de oude kerktoren, een goot, enkele (delen van) inhumatiegraven en ophooglagen van de Molenstraat. Vrijwel alle grondsporen kunnen in de nieuwe tijd geplaatst worden. De funderingen van de oude kerk en het huis bevinden zich relatief ondiep onder het maaiveld. Naast de kerk is sprake van inhumatiegraven die vóór de 19e eeuw moeten dateren. Het menselijke bot is redelijk tot goed geconserveerd. De weg bestaat uit ophooglagen die eveneens in de nieuwe tijd geplaatst moeten worden. De ophooglagen van de weg zijn relatief rijk aan vondsten. Het metaal en dierlijk botmateriaal uit de wegpakketten is goed geconserveerd. In de onderste ophooglaag van de weg zijn zelfs nog houten takken bewaard gebleven. Aanbevelingen Het archeologisch onderzoek in het kader van de herinrichting van de Molenstraat is afgerond. Het onderzoek heeft aangetoond dat archeologische resten dicht onder het maaiveld liggen. Zo liggen de resten van de oude kerk slechts op een diepte van 30 cm beneden maaiveld. Het verdient de aanbeveling de vrijstellingsgrens van de diepte van bodemingrepen op het terrein van de oude kerk te beperken tot 30 cm in plaats van 40 cm beneden maaiveld. Dat kan bijvoorbeeld door het voormalige kerkterrein als gemeentelijk monument aan te wijzen, met bijhorende bindende regels