archeologisch onderzoek

Uit het bureauonderzoek is gebleken dat het plangebied, dat op de overgang van de Brabantse Wal naar het Zeeuwse zeekleigebied ligt, een middelhoge archeologische verwachting heeft voor bewo-ningssporen uit de periode Laat-Paleolithicum - Middeleeuwen en een lage verwachting voor bewoningssporen uit de Nieuwe tijd. Tijdens het veldonderzoek zijn afzettingen van de Formatie van Waalre aangetroffen, met daarop een dunne laag dekzand. In het noordoosten van het plangebied, in het dal van de Heiloop, komen ook hellingafspoelingsafzettingen voor. Het veldonderzoek heeft aangetoond dat de oorspronkelijke bodem op grote schaal is vergraven bij de ontginning in de Late Middel-eeuwen/Nieuwe tijd en in de 20e eeuw bij de aanleg van het sportpark. Slechts in twee boringen is nog een (restant van een) podzolbodem aangetroffen. Door de aanwezige verstoringen en doordat er betere vestigingslocaties in de nabijheid zijn (de welvingen onder aan de wal), kan worden geconcludeerd dat het plangebied een zeer lage tot lage archeologische verwachting heeft voor bewonings-sporen uit de periode Laat-Paleolithicum - Nieuwe tijd