Bureauonderzoek ter plaatse van het sportpark 't Grootveld te Dalen, gemeente Coevorden (DR)

MUG Ingenieursbureau b.v. adviseert geen vervolgonderzoek voor het onderzoeksgebied. Aanleiding tot het hier beschreven archeologische bureauonderzoek zijn de plannen van Stichting Omnibaan voor de aanleg van een multifunctionele sportbaan, bij de Dalerveensestraat in Dalen. Door de ligging op een dekzandrug rond een beekdal was het onderzoeksgebied met name in het mesolithicum en vroeg neolithicum zeer aantrekkelijk voor bewoning. In de vroege bronstijd overgroeide de locatie met veen en werd onbewoonbaar tot het in de vroege 19e eeuw weer in gebruik werd genomen. Door de aanleg van het sportpark zijn de meest kansrijke locaties binnen het gebied, enkele duintjes die nog wel op historische kaarten staan aangegeven, verdwenen. Ook zal binnen de rest van het gebied sprake zijn van bodemverstoring door aanleg van de sportvelden en door de aanwezige bebossing. De verstoring van de geplande ingrepen zal niet dieper zijn dan circa 0,3 m-mv. Alleen als dit nodig is voor de kwaliteit van het asfalt kan het nodig zijn tot 0,5 m-mv te ontgraven. Dit is afhankelijk van de ondergrond. Rondom de baan worden kabels aangelegd die op 0,6 of 0,8 m-mv komen te liggen. De kans op de aanwezigheid van intacte archeologische resten die door de aanleg van de multifunctionele sportbaan verstoord kunnen worden, wordt daarom ingeschat als laag. Het bevoegd gezag, gemeente Coevorden, besluit hoe verder wordt omgegaan met het archeologisch erfgoed op basis van het bovenstaande advies. Het voorliggende onderzoek is met de grootst mogelijke zorg uitgevoerd. Indien onverhoopt toch archeologische waarden aanwezig blijken te zijn binnen de vrijgegeven gebieden, wijzen wij op de wettelijke meldingsplicht hiervan (artikel 5.10 van de Erfgoedwet) om het documenteren van toevalsvondsten te garanderen: “Degene die anders dan bij het verrichten van opgravingen een vondst doet waarvan hij weet dan wel redelijkerwijs moet vermoeden dat het een archeologische vondst betreft, meldt dit zo spoedig mogelijk bij onze minister”. Deze aangifte dient te gebeuren bij de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, in casu de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (vondstmelding via Archis). De melding kan ook bij de provincie of gemeente gedaan worden (zie colofon voor contactgegevens van de gemeente)