Rapport 1011

Om vast te stellen of archeologische waarden aanwezig zijn binnen het plangebied Norfolkterrein, Noordelijke Havenhoofd en de Kom is door de afdeling Archeologie van de gemeente Den Haag een bureauonderzoek uitgevoerd. Bij het bureauonderzoek is vastgesteld dat in het gebied vanaf de prehistorie tot in de middeleeuwen gewoond kan zijn vanwege de positionering op een strandwal. Deze archeologische verwachting geldt echter niet meer voor het tracé van het gedempte Afvoerkanaal en de aanlegsleuf van de riolering. Aangezien het plangebied ligt binnen het overstuivingsgebied van de Jonge Duinen zijn eventuele vindplaatsen bedekt met een beschermende laag dekzand. Deze verstuivingsdynamiek kan ook vanwege de ligging dicht bij zee er ook toe geleid hebben dat (delen van) vindplaatsen zullen zijn verstoven. Niet bekend is echter op welke diepte de eventuele archeologische waarden zich bevinden. Wel is bekend dat in het duingebied de archeologische niveaus zich bevinden voor het overgrote deel tussen 0,5 en 3,5 m + NAP. Met maaiveldhoogtes in het plangebied van doorgaans boven deze archeologische range, kan gesteld worden dat de ontwikkelingsplannen deze eventuele archeologische niveaus alleen zullen aantasten als er bodemingrepen noodzakelijk zijn die dieper reiken dan 3,5 m + NAP. De afdeling Archeologie van de gemeente Den Haag adviseert om in die delen met een archeologische verwachting een inventariserend veldonderzoek boringen uit te voeren. Dit om vast te stellen of er (nog) archeologische waarden aanwezig zijn, en zo ja, op welke diepte deze zich dan bevinden