BAAC rapport A-11.0128

Op 22 en 23 september 2011 heeft BAAC bv ‘s-Hertogenbosch in opdracht van Janssen de Jong projectontwikkeling bv een Inventariserend VeldOnderzoek door middel van proefsleuven (IVO-p) uitgevoerd op het plangebied aan Seminarieweg 16b te Bavel, gemeente Breda. Doel van het onderzoek was het vaststellen van de aan- of afwezigheid van archeologische resten, aangezien binnen het plangebied een hoge verwachting bestond op het aantreffen van dergelijke resten. Er zijn vier proefsleuven gegraven van elk vier meter breed en variabele lengtes. Hierin werd een bodemopbouw vastgesteld die bestond uit een lemige C-horizont met hierboven een sterk omgewoelde laag bestaande uit brokken C-horzont vermengd met een donkerbruine B-horizont en soms een E-horizont die is geïnterpreteerd als een (recent) verploegde laag. Boven de omgewoelde laag bevond zich een scherpe overgang naar een overwegend homogeen, maar toch vaak sterk verrommeld donkergrijs pakket van circa 50-60 cm dik. Het vermoeden bestaat dat het pakket in één keer is opgebracht, mogelijk ten behoeve van egalisatie van het terrein, nadat het was omgeploegd. In het opgravingsvlak van de proefsleuven werden langgerekte sporen waargenomen die verband houden met bovengenoemde ploegwerkzaamheden. Verder werden enkele greppels aangetroffen, waarvan één exemplaar terug te vinden is op de kadasterkaart uit 1832 en te interpreteren is als een scheiding tussen twee percelen. De overige greppels lijken min of meer uit dezelfde of een latere periode te stammen. Vondstmateriaal bestaat uit drie scherven aardewerk en twee ijzeren spijkers. Alle vondsten zijn grofweg te dateren in de 19e eeuw. De resultaten van het IVO-p leiden tot de conclusie dat zich binnen het plangebied geen behoudenswaardige vindplaatsen bevinden. Het advies luidt dan ook dat het plangebied vrijgegeven kan worden wat betreft archeologisch onderzoek