Plangebied Kazerneterreinen, gemeente Ede Een archeologische begeleiding (conform protocol proefsleuven)

In opdracht van de gemeente Ede heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in de periode van 19 maart tot en met 20 juni 2012 een archeologische begeleiding conform protocol proefsleuven uitgevoerd in het plangebied Kazerneterreinen. Het plangebied bestaat uit drie deelgebieden: de Simon Stevinkazerne, de Elias Beeckmankazerne en de Prins Mauritskazerne. Verspreid over deze deelgebieden is de sloop van diverse gebouwen archeologisch begeleid. Op de locaties waar de begeleiding heeft plaatsgevonden, zijn geen aanwijzingen aangetroffen voor de aanwezigheid van intacte archeologische resten. De bodem ter plaatse van de gesloopte bebouwing is tot (ver) in het archeologisch niveau verstoord. Op momenten dat de archeologische begeleiding tijdelijk stil kwam te liggen, zijn door middel van handmatige boringen de onbebouwde delen van het gebied onderzocht met als doel de bodemkundige gesteldheid vast te stellen. Hierbij ging het voornamelijk om de mate van intactheid van de bodem. De (gedeeltelijk) intacte bodemprofielen bevinden zich met name in de randzones van de kazerneterreinen en in het noordelijke deel van de Prins Mauritskazerne. In het noordelijke deel van de Prins Mauritskazerne is in verschillende boringen houtskool aangetroffen. Daarnaast is hier een fragment handgevormd aardewerk uit de IJzertijd en een aardewerkfragment uit de Middeleeuwen aangetroffen. Deze indicatoren kunnen erop duiden dat hier een vindplaats aanwezig is, maar de precieze aard daarvan is onzeker. De boringen waarin houtskool is aangetroffen lijken zich te concentreren in een droogdal en een zone direct daaromheen. In deze zone dient rekening te worden gehouden met vindplaatsen uit met name de Prehistorie. Omdat de boringen verkennend van aard waren en niet bedoeld om archeologische vindplaatsen in kaart te brengen, kunnen er geen uitspraken worden gedaan over de precieze aard en omvang van eventueel aanwezige archeologische vindplaatsen. Ook kan niet worden uitgesloten dat op plaatsen waar geen indicatoren zijn aangetroffen toch archeologische vindplaatsen aanwezig zijn. Er wordt dan ook geadviseerd om voorafgaand aan de ontwikkeling van de verschillende kazerneterreinen vervolgonderzoek te laten uitvoeren in die delen waar een intact bodemprofiel is aangetoond. Dit betreft voornamelijk het noordelijke deel van de Prins Mauritskazerne en verschillende, meer verspreid liggende locaties op de Simon Stevinkazerne en de Elias Beeckmankazerne. Naast de bovengenoemde archeologische indicatoren zijn tijdens het veldwerk in de zuidelijke bosrand van de Elias Beeckmankazerne en de Simon Stevinkazerne diverse schuttersputten waargenomen waarvan de precieze aard nog niet bekend is. Omdat het zowel kan gaan om sporen uit de Tweede Wereldoorlog als om meer recente fenomenen, verdient het aanbeveling om hier verder onderzoek naar te verrichten