Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek (verkennende fase)

BAAC bv heeft een inventariserend veldonderzoek met behulp van boringen (verkennende fase) uitgevoerd in het plangebied Kortland 51 te Alblasserdam. Aanleiding voor het onderzoek is het plan een nieuwe watergang en nieuwe bouwkavels te realiseren. Het archeologisch bureauonderzoek Hof Souburgh (gemeente Alblasserdam) is in 2010 uitgevoerd door Vestigia. Hieruit volgde een specifieke archeologische verwachting voor de periode Romeinse tijd - late middeleeuwen voor het meest noordelijke gedeelte van de oostelijke toegangsweg en voor het overige deel van het plangebied een archeologische verwachting voor de periode middeleeuwen - nieuwe tijd. Tijdens het veldonderzoek bleek dat de bodem in het plangebied bestond uit de poldervaaggronden die ook op de bodemkaart staan aangegeven. In het veld zijn AC-profielen aangetroffen, waarbij in de C-horizont plaatselijk veen- en zandlagen zijn aangetroffen. Binnen het plangebied bestaan ook subtiele verschillen in maaiveldhoogte. Dit kan in een veelal laaggelegen gebied het verschil maken tussen een locatie die wel en een locatie die niet voor bewoning werd gebruikt. De meest noordelijk gelegen twee boringen (boringen 12 en 13) en de meest zuidelijk boring (boring 1) ter plaatse van de te graven sloot en de boringen ter plekke van de voormalige woningen (boringen 14 t/m 20) zijn de meest hoog gelegen boringen. Ter plekke van boringen 12 en 13 sluit het plangebied daarnaast ook aan op de oostelijke zijde van een AMK terrein met sporen uit de Romeinse tijd en de middeleeuwen. In boring 12 is ook een brokje zacht baksteen gevonden. Dit, tezamen met de hoge ligging van het maaiveld, zorgt dat er voor dit deel van het plangebied een hoge verwachting bestaat op het aantreffen van resten uit de Romeinse tijd tot en met de late middeleeuwen. Ter plekke van boringen 14, 17, 18 en 20 zijn archeologische indicatoren aangetroffen die samen kunnen hangen met de voormalige landarbeiderswoningen. Gezien de ligging aan de toegangsweg en de Alblas en de nabijheid van het voormalige kasteel en gezien de verder grotendeels intacte bodemprofielen die hier zijn aangetroffen, geldt voor dit deel van het plangebied een hoge verwachting op het aantreffen van resten uit de periode middeleeuwen - nieuwe tijd. De rest van het plangebied betreft veelal laaggelegen gebied, waar geen relevante archeologische indicatoren zijn aangetroffen. Voor het overige deel van het plangebied geldt derhalve een lage verwachting op het aantreffen van archeologische resten uit alle perioden. Geadviseerd wordt het noordelijke deel van de te graven sloot archeologische te begeleiden en ter plaatse van het zuidoostelijke deel van het plangebied daar waar nieuwbouw is gepland een proefsleuvenonderzoek uit te voeren. Dit is afhankelijk van de ontgravingsdiepte. Als alleen grond wordt opgebracht is vervolgonderzoek niet noodzakelijk