Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek

In opdracht van Gebben Motoren is door De Steekproef bv een inventariserend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd aan de Industrieweg 25 te Rogat in de gemeente Meppel, provincie Drenthe. De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen uitbreiding van het huidige bedrijfsgebouw. Voor de uitvoering van deze plannen is graafwerk nodig dat mogelijk een bedreiging vormt voor eventueel aanwezige archeologische waarden. De voorgenomen nieuwbouw wordt niet onderkelderd en komt op poeren te staan die tot ongeveer tachtig centimeter beneden het maaiveld worden gefundeerd. Voor het plangebied geldt een middelhoge verwachting voor bewoningsresten uit het laat-paleolithicum tot en met het neolithicum in de top van het dekzand en een middelhoge verwachting voor resten van perceelsgrenzen en dergelijke uit de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Voor resten uit tussenliggende perioden (vanaf het neolithicum tot en met de vroege middeleeuwen) geldt in verband met de veenuitbreiding in deze perioden, een lage archeologische verwachting. Om na te gaan of in het plangebied archeologische indicatoren aanwezig zijn, zijn zeven karterende boringen gezet. Hiervoor is gebruik gemaakt van een zandguts en een megaboor. Uit de resultaten van het booronderzoek blijkt dat de bodem in het plangebied ongeveer een halve meter is opgehoogd met zand. Hieronder is een relatief dikke bouwvoor aanwezig die dik genoeg is om te kwalififceren als laarpodzolgrond. Op één boorpunt zijn hieronder nog resten van podzolvorming aangetroffen. Op alle overige boorpunten gaat deze afgedekte bouwvoor via een verploegde tussenlaag rond negentig centimeter beneden het maaiveld over in het schone gele zand van de C-horizont. De verploegde tussenlaag bleek op één boorpunt moerig te zijn. Dit vormt een aanwijzing dat tenminste plaatselijk veen aanwezig is geweest in het plangebied. Het plangebied lijkt derhalve in een overgangszone te hebben gelegen van droge dekzandgronden met podzolvorming naar nattere gronden waarop veen is gevormd. Ondanks de extreem hoge boordichtheid van ruim vijftig boringen per hectare, het naboren met een megaboor en het zeven van het daarmee opgeboorde zand, zijn in geen van de boringen relevante archeologisceh indicatoren gevonden. In verband met het volledig ontbreken van archeologische indicatoren, alsmede in verband met het feit dat de voorgenomen graafwerkzaamheden niet dieper reiken dan tachtig centimeter en daarmee nagenoeg nergens tot in de onverstoorde bodem reiken, geven de resultaten van het onderzoek geen aanleiding tot het adviseren van vervolgonderzoek