Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek, verkennend booronderzoek

Synthegra heeft in opdracht van VanWestreenen bv een archeologisch bureauonderzoek in combinatie met een verkennend booronderzoek uitgevoerd op een terrein aan de Schoepikstraat 9 in Duiven. De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen bouw van een melkveestal, de uitbreiding van een woning en de uitbreiding van een loods. Archeologische interpretatie veldonderzoek Aan het plangebied was een lage verwachting toegekend voor archeologische resten uit de perioden laatpaleolithicum tot en met de bronstijd. Resten uit deze periode werden verwacht onder het holocene kleidek. In de top van de Formatie van Keftenheye, die onder dit kleidek ligt, zijn geen tekenen van een oud oppervlak waargenomen. De resultaten van het veldwerk geven geen aanleiding om de verwachting voor deze perioden aan te passen. De lage verwachting voor het laat-paleolithicum tot en met de bronstijd blijft dus bestaan. Aan het plangebied was een lage verwachting toegekend voor archeologische resten uit de perioden ijzertijd tot en met de vroege middeleeuwen. Tijdens het veldwerk is vastgesteld dat het plangebied tijdens deze periode in een komgebied lag, zoals op grond van het bureauonderzoek werd verwacht. Er is dus geen reden om de lage verwachting voor de ijzertijd tot en met de vroege middeleeuwen bij te stellen. Aan het plangebied was een hoge verwachting toegekend voor archeologische resten uit de late middeleeuwen en de nieuwe tijd, vanwege de verwachtte aanwezigheid van een terp. Tijdens het veldwerk is inderdaad een ophoging aangetroffen, maar het uiterlijk van de opgebrachte grond doet vermoeden dat deze van recente ouderdom is. Behalve enkele stukjes (machinale) baksteen en mortel zijn er geen archeologische indicatoren in aangetroffen. Uit het bureauonderzoek was al gebleken dat het plangebied tot de jaren ‘70 van de twintigste eeuw onbebouwd was en een agrarische functie had. Uit niets blijkt dat de aanwezige ophoging ouder is dan de bestaande bebouwing. Daarom wordt de hoge verwachting voor archeologische resten uit de late middeleeuwen en de nieuwe tijd naar laag bijgesteld. Aanbeveling Op grond van de resultaten van het onderzoek wordt voor het plangebied geen vervolgonderzoek geadviseerd