BOORrapporten 581

Algemeen In opdracht van de gemeente Bernisse heeft de afdeling Onderzoek en Rapportage van het Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam (BOOR) in oktober 2014 een verkennend en karterend inventariserend veldonderzoek uitgevoerd in het plangebied Bernisse Geervliet Bernisseweg. In het plangebied wordt een riool aangebracht. Het veldwerk is voorafgegaan door een bureauonderzoek. De onderzoeken zijn verricht omdat bij de geplande werkzaamheden in het gebied de bodem zal worden ontgraven. Indien archeologische waarden aanwezig zijn, kunnen deze hierbij worden aangetast of vernietigd. Resultaten Tijdens het bureauonderzoek is onder meer gekeken naar de historische situatie, de bodemopbouw en de bekende archeologische waarden in (de omgeving van) het plangebied. Hieruit kwam naar voren dat er een lage verwachting is voor het Neolithicum en Vroege IJzertijd. Voor vindplaatsen uit de Midden-IJzertijd, de Late IJzertijd, de Romeinse tijd en de Late Middeleeuwen (vanaf 1050) geldt een redelijk hoge tot hoge archeologische verwachting binnen het plangebied. Tijdens het verkennend en karterend inventariserend veldonderzoek zijn 14 boringen in 1 raai over het plangebied gezet. De diepst aangeboorde afzettingen bestaan uit een veenpakket, dat behoort tot de Formatie van Nieuwkoop. Het veen is aangetroffen op een minimale diepte van 2,55 m - NAP (1,71 m - mv ). De top van de natuurlijke sequentie bestaat uit een op het veen liggend klastisch pakket met overstromingsafzettingen behorend tot de Formatie van Naaldwijk, Laagpakket van Walcheren. Het pakket is aangetroffen op een minimale diepte van 1,51 m - NAP (0,92 m - mv). Op deze afzettingen ligt tot aan het maaiveld een geroerd en/of opgebracht pakket zand. De dikte van dit pakket bedraagt minimaal 75 cm en maximaal 155 cm. Tijdens het onderzoek is gebleken dat de bodemopbouw grotendeels intact aanwezig was. Er zijn behalve in het geroerde en/of opgebrachte pakket geen archeologische indicatoren aangetroffen; verdere aanwijzingen voor de aanwezigheid van archeologische waarden ontbreken. Concluderend kan gesteld worden dat de kans zeer klein is dat bij de geplande werkzaamheden in het plangebied waardevolle archeologische waarden verstoord zullen worden binnen de maximale boordiepte van 4,84 m - NAP (4,00 m - mv). Aanbeveling Op basis van het bovenstaande luidt de aanbeveling voor het plangebied Geervliet Bernisseweg dat er geen voorzieningen getroffen hoeven te worden om archeologische waarden te behouden of te ontzien. Zonder verder archeologisch onderzoek kan worden gestart met de voorgenomen werkzaamheden. Benadrukt wordt dat bij planwijzigingen (vooral met betrekking tot ontgravingsdieptes) deze opnieuw ter beoordeling aan de gemeente Bernisse dienen te worden voorgeleg