BOORrapporten 613

Op basis van het bureauonderzoek gold voor het plangebied een lage archeologische verwachting voor de aanwezigheid van vindplaatsen uit de Vroege IJzertijd en een hoge archeologische verwachting voor de aanwezigheid van archeologische vindplaatsen uit de Midden-IJzertijd t/m Late Middeleeuwen B. Uit het verkennend inventariserend veldonderzoek blijkt dat de ondergrond van het plangebied uit kreek- of geulafzettingen van het Laagpakket van Walcheren bestaat. De kreek- of geulafzettingen hebben het onderliggende veen geërodeerd. Eventueel aanwezige vindplaatsen uit de IJzertijd t/m Romeinse tijd zijn daarbij verdwenen. In de top van de kreek- of geulafzettingen zijn geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van een vindplaats uit de Middeleeuwen aangetroffen. Concluderend kan gesteld worden dat de kans zeer klein is dat bij de uitvoering van de inrichtingsplannen in het plangebied archeologische waarden verstoord zullen worden