2017-03/06

Door De Steekproef bv is een waarderend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd in de Plangebieden Harksteder Broekland en Vossenburg in Meerstad, gemeente Groningen, provincie Groningen. In het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel is uitgegaan van een hoge verwachting voor resten uit de steentijd in plangebied Harksteder Broekland. Deze resten werden verwacht in de top van het dekzand. Voor plangebied Vossenburg gold een hoge verwachting voor resten van een wierdeterrein uit de ijzertijd en de de late middeleeuwen tot de nieuwe tijd. Om het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel te toetsen zijn in de plangebieden Harksteder Broekland en Vossenburg respectievelijk 29 en 56 waarderende boringen uitgevoerd. De resultaten van het booronderzoek bevestigen dat de ondergrond van beide plangebieden uit dekzand bestaat. Bodemvorming in de top van het dekzand lijkt vooral uit verbruining te bestaan die voorafgaande en/of in de beginfase van de veenvorming heeft plaatsgevonden. Dit veen is in zowel plangebied Harksteder Broekland als Vossenburg aangetroffen en wordt in beide plangebieden onderbroken door één of meerdere kleilaagjes. De top van dit veen is opgenomen in de bouwvoor/geroerde bovengrond. Selectieadvies door drs. R.P. Exaltus, senior KNA-prospector In plangebied Harksteder Broekland zijn ondanks het zeven van al het met de megaboor opgeboorde zand, geen relevante archeologische indicatoren gevonden. De enige vondsten op dit terrein zijn afkomstig van de hier uitgevoerde oppervlakte-kartering en betreffen bemestingsafval waaronder één scherf terpaardewerk. In de top van het dekzand zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen. In plangebied Harksteder Broekland zijn geen archeologische indicatoren gevonden die verder archeologisch onderzoek of beschermingsmaatregelen rechtvaardigen. In plangebied Vossenburg is de geroerde toplaag boven het natuurlijke veenpakket nageboord met een megaboor en zorgvuldig doorzocht op archeologische indicatoren. Tevens zijn de profielen van de door het noordelijke deel van het plangebied lopende sloot geïnspecteerd op archeologische indicatoren. Dit heeft slechts aardewerkvondsten uit de nieuwe tijd opgeleverd. Dit komt overeen met de datering van de Vossenburg in de zeventiende eeuw zoals deze uit de historische kaarten lijkt te kunnen worden afgeleid. In geen van de in plangebied Vossenburg geplaatste gutsboringen zijn wierdelagen aangetroffen die uit een eerdere periode zouden kunnen dateren. Ondanks de sloop van de bebouwing en het ontstaan van een tamelijk uniforme vergraven toplaag, moet rekening worden gehouden met de aanwezigheid van nog deels intacte resten van deze bewoning in de diepere ondergrond. Het terrein van de voormalige bebouwing vormt bovendien nog een duidelijk herkenbaar landschapselement dat herinnert aan de voormalige Vossenburg. Het verdient daarom aanbeveling om dit terrein als landschapselement zoveel mogelijk intact te laten en om eventueel geplande bodemingrepen te beperken tot de geroerde bovengrond. Om te voorkomen dat eventueel nog in de ondergrond aanwezige intacte resten van de Vossenburg ongedocumenteerd verloren gaan, verdient het aanbeveling om graafwerkzaamheden die dieper reiken dan de geroerde bovengrond vooraf te laten gaan door een proefsleuvenonderzoek. Het is aan de bevoegde overheid om te besluiten of zij dit advies overneemt