Archeologisch bureau- en verkennend veldonderzoek, door middel van boringen De Lind 40, Oisterwijk

Binnen het plangebied is voornamelijk sprake van beekeerdgronden, waarbij een aangerijkte A-horizont ligt op een C-horizont. In het zuiden werd onder de A-horizont een dalopvullingspakket aangeboord. Hierin zijn nog houtresten herkenbaar. Het uiterste noorden van het plangebied is hoger en droger gelegen. Hier is vanwege de dikte van de A-horizont en diens kleur, sprake van hoge enkeerdgronden. De A-horizont bevat in het hele plangebied resten (of brokken) baksteen. De bodem is echter verstoord tot in de top van de C-horizont. In het hoger gelegen noordelijk deel van het plangebied zouden eventuele archeologische resten zich dieper dan 60 cm –mv bevinden. In het zuiden zouden deze ook nog in of onder de dalopvulling kunnen worden aangetroffen, dus vanaf circa 100 cm –mv. Gezien de mate van verstoring van het bovenliggende pakket en de overwegend natte terreinomstandigheden binnen het plangebied, is de verwachtingswaarde voor de periode vroege prehistorie tot en met de vroege middeleeuwen naar laag bijgesteld. Door de mate van verstoring zullen geen intacte waarden worden aangetroffen, met uitzondering van dieper gelegen sporen als waterputten, greppels e.d. De archeologische informatiewaarde van zulke “losse” sporen is echter gering, omdat de context ontbreekt. Voor de periode middeleeuwen en nieuwe tijd blijft de hoge verwachtingswaarde echter gehandhaafd gezien de specifieke bewoningsgeschiedenis van de locatie. Archeologische resten worden verwacht vanaf het maaiveld en/of ingegraven in de eerdlaag. In boring 4 werd gestuit op puin, dit kan duiden op funderingsresten o.i.d. in de ondergrond. Gezien de specifieke historie van het plangebied bestaat er een gerede kans op het aantreffen van archeologische waarden uit de periode 15e eeuw tot heden. Deze verwachting geldt gezien de bodemomstandigheden voornamelijk voor het noordelijk deel van het terrein. De thans bekende bouwplannen gaan uit van nieuwe kelders onder het bestaande pand, kelders onder het nieuwe achterhuis en een verbindende tunnel tussen beide panden