Een Bureauonderzoek

ADC ArcheoProjecten heeft in april 2017 een bureauonderzoek uitgevoerd op de locatie Fortuijnplein e.o. te Groot-Ammers, gemeente Molenwaard. Aanleiding is de voorgenomen verwijdering van de oude en aanleg van een nieuwe riolering. Uit het bureauonderzoek is gebleken dat het plangebied in een komgebied ligt waar tot in de Late Middeleeuwen ongunstige bewoningsomstandigheden geheerst hebben. Vanaf de 11e eeuw werd het veengebied waar het plangebied in lag, op grote schaal ontgonnen, waarbij de Lek als ontginningsas fungeerde. Rond dezelfde periode is het dorp Groot-Ammers ontstaan. Het uiterste westen van het plangebied bevond zich binnen de dorpskern van Groot-Ammers. In deze zone, nabij de Kerkstraat (ter plaatse van Wilhelminastraat en Doctor Frohilstraat), worden daarom bewoningsresten verwacht uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe Tijd. Op 19e-eeuwse kaarten is bebouwing weergegeven binnen deze zone. Naar verwachting zijn eventuele archeologische resten deels verstoord als gevolg van latere bebouwing en de aanleg van de wegen in het plangebied. Het overige, oostelijke deel van het plangebied lag tot in de 20e eeuw in agrarisch gebied en was in gebruik als akker en weiland. In dit deel worden geen archeologische resten meer verwacht. Ter plaatse van de Wilhelminastraat zal een riolering verwijderd worden. Deze leiding ligt binnen de zone waar archeologische resten verwacht worden, op een diepte van 1,5 à 2,5 m –mv. De verwachting is dat archeologische resten ter plaatse reeds bij de aanleg van deze leiding verstoord zullen zijn. Vandaar dat geadviseerd wordt geen nader onderzoek uit te voeren in het kader van de verwijdering van deze leiding. Ook zullen binnen deze zone enkele nieuwe leidingen gelegd worden. Deze zullen deels overlappen met de oude riolering, maar een deel zal in naar verwachting niet door leidingen verstoorde grond aangelegd worden. De bodem zal hierbij tot een diepte variërend van ca. 0,7 tot 3,0 m –mv vergraven worden. Het gaat hierbij om een tracédeel van ca. 15 m. De kans is echter groot dat archeologische resten deels verstoord zullen zijn bij de aanleg van de Wilhelminastraat. Om deze reden, en aangezien het slechts een zeer klein tracédeel betreft, wordt verwacht dat vervolgonderzoek weinig informatie zal opleveren. Vandaar dat wordt aanbevolen hier geen nader archeologisch onderzoek uit te laten voeren. Ter plaatse van de Doctor Flohilstraat is de bodem naar verwachting weinig verstoord bij de aanleg van de huidige riolering. Op de locatie waar archeologische resten verwacht worden, zijn de leidingen aangelegd door middel van gestuurde boringen. Deze leidingen zullen niet verwijderd worden. De geplande bodemingreep op deze locatie bestaat uit de aanleg van een persleiding met een diameter van 90 cm, door middel van een gestuurde boring. Deze zal op een diepte van minstens 100 cm –mv worden aangelegd. Aangezien geen sleuven gegraven zullen worden, zal de verstoring slechts minimaal zijn. Vandaar dat geadviseerd wordt in deze zone eveneens geen nader onderzoek uit te voeren