Antea Group Archeologie 2017/110

In september 2017 heeft Antea Group een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Kanaalzone te Son, gemeente Son en Breugel. De initiatiefnemer is voornemens dit plangebied te her-ontwikkelen tot woonwijk. Binnen het plangebied worden verschillende woningen en appartementen gebouwd. Ook wordt er een nieuwe weg inclusief riolering aangelegd tussen de Begoniastraat en de Bontstraat. op dit moment is er op een aantal plaatsen binnen het plangebied nog bebouwing aanwezig, andere delen zijn onbebouwd. Bij al deze werkzaamheden vinden bodemverstorende werkzaamheden plaats, waarvan voorzien wordt dat deze dieper reiken dan 0,5 m - mv. Er zijn geen specifieke gegevens bekend over recente verstoringen. Het zou echter kunnen dat de bodem enigszins verstoord is geraakt door de bouw van de aanwezige bebouwing. Het gebied van de Kanaalzone lijkt goed vergelijkbaar met het terrein aan de overzijde van de Nieuwstraat en is daarmee verdacht op het voorkomen van archeologische vindplaatsen uit met name de metaaltijden. Of deze aanweizg zijn moet nog worden vastgesteld, evenals in welke mate deze dan bij aantreffen ook behoudenswaardig blijken. In maart 2017 heeft Antea Group een proefsleuvenonderzoek (en doorstart naar opgraving) uitgevoerd voor het terrein direct aan de overzijde van de Nieuwstraat. Hier bleek dat door de aanwezige bebouwing geen sprake was van extreem diepe verstoringen. het lijkt erop dat de zwarte grond voor de bouw is weggegraven, maar dat daarbij nauwelijks voorbij de top van de C-horizont is gegaan. Voor het plangebied geldt een brede archeologische verwachting. Er kunnen in principe archeologische resten worden aangetroffen uit de steentijd tot en met de middeleeuwen, afhankelijk van de bodemopbouw in het plangebied. De hoogste verwachting geldt echter op het aantreffen van resten uit de bronstijd, ijzertijd en romeinse tijd, gebaseerd op de onderzoeken uit de directe omgeving. Er werd geadviseerd een vervolgonderzoek uit te voeren in de vorm van verkennende boringen om de mate van intactheid van de bodemopbouw en eventueel aanwezige archeologische lagen te bepalen