Archeologisch vooronderzoek: een inventariserend veldonderzoek (verkennende en karterende fase)

In opdracht van de gemeente Albrandswaard heeft RAAP in september 2017 een archeologisch onderzoek uitgevoerd in het plangebied Emmastraat in Poortugaal, gemeente Albrandswaard. De aanleiding voor dit onderzoek is het voornemen om op deze locatie nieuwbouw te realiseren, een riool te vervangen en parkeergelegenheid te creëren. Het onderzoek is nodig in het kader van een bestemmingsplanwijziging, aangezien naar verwachting eventueel aanwezige archeologische resten bij toekomstige graafwerkzaamheden in het gebied zullen worden verstoord. Een archeologische onderbouwing met betrekking tot de eventuele aanwezigheid van archeologische waarden is derhalve verplicht conform het vigerend gemeentelijk beleid. Zoals op basis van het bureauonderzoek reeds verwacht werd, bestaat de opbouw van het plangebied uit kreekgeulafzettingen, waarop een antropogeen pakket aanwezig is. Voor het antropogene pakket gold een hoge archeologische verwachting voor de Late Middeleeuwen en de Nieuwe tijd. Er werden (resten van) een damlichaam, sluisjes en duikers verwacht. Tijdens het verkennend booronderzoek is de bodemopbouw en de mate van recente verstoringen van de bodem van het plangebied in kaart gebracht. Uit het onderzoek blijkt dat de bodem in het noordelijk deel van het plangebied (ter plaatse van boring 4 en 7) in het recente verleden tot een diepte van 2,3 m -Mv is verstoord (figuur 3). In dit deel van het plangebied kan de archeologische verwachting naar laag worden bijgesteld. In de rest van het plangebied zijn geen diepe recente verstoringen vastgesteld en is de verwachting voor de Late Middeleeuwen en de nieuwe tijd onveranderd hoog. Geadviseerd wordt om geen graafwerkzaamheden dieper dan 30 cm -Mv te verrichten. Indien dit niet mogelijk blijkt wordt geadviseerd om een archeologisch vervolgonderzoek in de vorm van een inventariserend veldonderzoek (IVO) waarderende fase, bestaande uit een proefsleuvenonderzoek uit te laten voeren. Een proefsleuvenonderzoek (IVO-P) behoort conform de KNA plaats te vinden op basis van een goedgekeurd Programma van Eisen (PvE). Dit PvE dient voor aanvang van het onderzoek te worden opgesteld door een senior-archeoloog en ter goedkeuring worden voorgelegd aan de bevoegde overheid