RAAP-RAPPORT 3497

In opdracht van Ramdhani Vastgoed heeft RAAP in juli en augustus 2018 een archeologisch vooronderzoek, in de vorm van een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (verkennend booronderzoek), uitgevoerd voor het plangebied Graaf Ottoweg 32 te Lochem in de gemeente Lochem. Het onderzoek vond plaats in het kader van een nieuw bestemmingsplan. Op basis van het booronderzoek (elf boringen) kan het volgende worden geconcludeerd: in het noorden van het plangebied (molenperceel) was het niet mogelijk de boringen tot diepte te zetten, vanwege de grote hoeveelheid puin en zeer droge grond. Dit deel van het plangebied is op basis van historisch kaartmateriaal vrijwel geheel bebouwd geweest door de jaren heen. Alleen ten noordoosten van de molen heeft geen bebouwing gestaan, echter staat op de kadastrale minuut uit 1832 en 1881-1887 een vijver/brede sloot afgebeeld. De aanwezigheid van archeologische resten in dit deel van het plangebied zijn niet geheel uit te sluiten (ze kunnen immers nog aanwezig zijn onder voormalige bebouwing), echter wordt de kans hierop laag ingeschat. In het westelijke deelgebied is een verstoord pakket aanwezig op beekafzettingen, dan wel een afgetopt dekzandpakket. De verwachting voor aanwezigheid van archeologische resten in dit deelgebied is laag. Het zuidoosten van het plangebied (voormalig terrein Huis Pillinck) behoudt ook na het verkennend booronderzoek zijn hoge archeologische waarde. Het booronderzoek heeft uitgewezen dat er nog resten van het grachtenstelsel aanwezig zijn. Aanwijzingen voor voormalige bebouwing zijn niet aangetroffen, maar dit is middels een verkennend booronderzoek ook niet (eenduidig) aan te tonen. Huis Pillinck (indien er ooit een huis heeft gestaan) is reeds voor 1627 van het kaartbeeld verdwenen en heeft vermoedelijk een middeleeuwse oorsprong. Het huis wordt namelijk al genoemd in een akte uit 1347 en 1378. De locatie van het middeleeuwse huis is echter onbekend