Een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek

ADC ArcheoProjecten heeft in juli 2017 een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek uitgevoerd op de locatie Kerkweg 89 in Ouderkerk aan den IJssel, gemeente Krimpenerwaard. Aanleiding is de voorgenomen sloop van een bedrijfsgebouw en aansluitend daarop de nieuwbouw van drie woonhuizen. Op basis van het bureauonderzoek is vastgesteld dat het plangebied gedurende het grootste deel van het Holoceen in een zeer nat komgebied gelegen heeft, waar op grote schaal veengroei plaatsvond. In het gebied heersten lange tijd moerassige omstandigheden en waren (vrijwel) geen mogelijkheden voor bewoning. Archeologische resten tot in de Late Middeleeuwen worden daarom niet verwacht. Vanaf het begin van de Late Middeleeuwen werd de omgeving van het plangebied op grote schaal ontgonnen vanaf de oever van de Hollandse IJssel. Vanaf deze periode kreeg het plangebied waarschijnlijk een agrarisch grondgebruik. Op het geraadpleegde historische kaartmateriaal vanaf de 17e eeuw is tot de 20e eeuw geen bebouwing in de omgeving van het plangebied weergegeven. Het plangebied was in ieder geval in de 19e eeuw in gebruik als weiland. Er kan daarom vanuit gegaan worden dat het plangebied tot aan de realisatie van de huidige bebouwing in 1933 niet bebouwd geweest is en een agrarisch grondgebruik had. Archeologische resten uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe tijd worden daarom eveneens niet verwacht. Teneinde bovenstaande verwachting te toetsen en waar nodig aan te vullen is in het plangebied een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Tijdens dit onderzoek bleek dat de ondergrond uit zeggeveen en bosveen bestaat. Dit veen werd in twee boringen afgedekt door een enkele decimeters dikke laag komklei. De top van de komafzettingen is verstoord door (sub)recente grondbewerking en in één boring is de bodem zelfs omgewerkt tot in het onderliggende veenpakket. Er zijn geen archeologisch relevante lagen aangetroffen. Archeologische resten worden daarom niet meer verwacht. ADC ArcheoProjecten adviseert daarom om het plangebied vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling. Het is echter nooit volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij de bevoegde overheid, zoals aangegeven in artikel 5.10 van de Erfgoedwet. Wij wijzen erop dat de bevoegde overheid op basis van dit rapport een selectiebesluit neemt. De mogelijkheid bestaat dat dit selectiebesluit afwijkt van het door ons opgestelde advies