Westmade De Duinen te Monster, gemeente Westland: Een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van een karterend booronderzoek

ADC ArcheoProjecten heeft in juni en juli 2018 een inventariserend veldonderzoek (karterende fase) uitgevoerd op de locatie Westmade De Duinen. De aanleiding van het onderzoek zijn nieuwbouwplannen voor een woonwijk. Op basis van het eerder uitgevoerde bureauonderzoek werd verwacht dat er mogelijk archeologische resten kunnen worden aangetroffen uit de prehistorie tot en met de Nieuwe tijd. Deze resten konden zich op de Oude Duin- en Strandzanden bevinden, maar ook op het veen of aan het maaiveld. Teneinde deze verwachting te toetsen en aan te vullen werd in het plangebied een oppervlaktekartering en een (verkennend) booronderzoek uitgevoerd. Tijdens dit verkennende onderzoek werden duinafzettingen aangetroffen met sporen van bodemvorming. In boringen 14, 25, 27 en 29 zijn duidelijke sporen van bodemvorming aangetroffen waarbij het sediment bruin van kleur is. In de rest van het plangebied is het duinzand (licht)bruin dat een indicatie is voor (beginnende) bodemvorming. Dit geeft aan dat het sediment voor een bepaalde tijd aan het oppervlak heeft gelegen. Hierdoor hebben deze afzettingen een hoge kans op het aantreffen van archeologische waarden. Indien de geplande werkzaamheden het duinzand verstoren, diende een karterend onderzoek plaats te vinden. Op basis van deze verwachting is een karterend booronderzoek uitgevoerd met als doel het plangebied systematisch te onderzoeken op het voorkomen van één of meerdere typen archeologische vindplaatsen. In twee van de drie onderzochte zones (B en C) werden fragmenten houtskool, kwarts en bot aangetroffen, welke vermoedelijk kunnen worden toegeschreven aan prehistorische vindplaatsen en welke in die zin zijn op te vatten als archeologische indicatoren. ADC ArcheoProjecten adviseert om in de zones B en C een inventariserend veldonderzoek uit te voeren door middel van het aanleggen van proefsleuven (IVO-P). Het doel van dit onderzoek is het onderzoeken van de gaafheid, omvang, datering en conservering van archeologische resten. De exacte invulling van de werkzaamheden dient te worden vastgelegd in een door de bevoegde overheid goed te keuren Programma van Eisen (PvE). Vooruitlopend hierop wordt opgemerkt dat de proefsleuven gesitueerd dienen te worden ter plaatse van de boringen 7, 11, 14 en 16. In een later stadium kan dan alsnog besloten worden om het te onderzoeken gebied uit te breiden naar de rest van de zones B en C. Wij wijzen u erop dat de bevoegde overheid op basis van dit rapport een selectiebesluit neemt. De mogelijkheid bestaat dat dit selectiebesluit afwijkt van het door ons opgestelde advies