Vught, Plangebied, Bergenshuizen Zwaluw VFC: Inventariserend veldonderzoek (verkennende fase)

Uit de zes gezette boringen blijkt dat in delen van het plangebied een humeuze bovengrond(enkeerdgrond) voorkomt die vanaf 60 à 70 cm –mv met een scherpe grens overgaat in het ongeroerde dekzand van de C-horizont. In een aantal boringen is de oorspronkelijke enkeerdgrond verploegd met het onderliggende dekzand. De diepte van de verstoringen ter plaatse van deze boringen loopt van 65 tot 135 cm –mv. Een eventueel sporenniveau is te verwachten in de top van het dekzand, waarbij de top tussen 6,02 en 6,21 m +NAP ligt. De top van het oorspronkelijke maaiveld in het dekzand zal derhalve echter in het plangebied verploegd zijn en in een enkel geval (boring 3) diep verstoord. De geplande verstoring ten behoeve van het kunstgrasveld reikt tot maximaal 45 cm –mv, waarbij eventuele archeologisch sporen niet verder verstoord zullen worden