Archeologisch bureau- en booronderzoek Kortgerecht 4 te Schoonrewoerd, gemeente Leerdam (ZH)

De aanleiding voor dit archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) zijn de bouwplannen voor het onderzochte perceel aan Kortgerecht 4 te Schoonrewoerd. Volgens de bodemkaart ligt het terrein vlak ten noorden van de Schoonrewoerdse stroomrug. Op deze stroomgordel heeft vanaf het Neolithicum tot aan de Middeleeuwen met onderbrekingen op verschillende locaties bewoning plaats gevonden. Buiten deze stroomgordel en enkele donken verspreid over de Vijfheerenlanden was het gebied bedekt met veen. Het onderzoeksgebied zelf is niet bebouwd op de kadastrale kaart uit circa 1832. Op grond van het bureauonderzoek lijkt het waarschijnlijk, dat er binnen het onderzoeksgebied voornamelijk sporen uit de Late Middeleeuwen (vanaf de 14e eeuw) en Nieuwe Tijd aangetroffen kunnen worden. Een deel van het onderzoeksgebied was vroeger een boomgaard. De bouwactiviteiten en het rooien van de boomgaard kunnen voor bodemverstoringen gezorgd hebben. De cultuurhistorische atlas van de provincie Zuid-Holland geeft aan dat de onderzoekslocatie binnen een gebied ligt met mogelijke bewoning vanaf de bronstijd of ijzertijd of romeinse tijd. Plaatselijk is vanaf het neolithicum bewoning mogelijk. De trefkans op archeologische resten is hoog en de onderzoekslocatie heeft een hoge archeologische waarde. Direct ten zuidoosten van de onderzoekslocatie ligt een woonheuvel met bewoning uit de middeleeuwen. Voor gebieden met een hoge archeologische verwachting geldt dat hier sprake is van een hoge concentratie archeologische vindplaatsen met goede conserveringsomstandigheden. De kans op het aantreffen van archeologische vondsten bij bodemingrepen is dus zeer groot. Uit het booonderzoek blijkt dat onder een verstoorde laag opgebrachte bodemlagen aanwezig zijn, die samen een huisterp vormen. Deze terp is waarschijnlijk opgeworpen in de late middeleeuwen en met onderbrekingen bewoond gebleven tot op heden. Aan de noordzijde van het plangebied (boring 3) zijn in de kleilaag onder de terplagen op aardewerk lijkende fragmenten en houtskoolbrokken aangetroffen. Waarschijnlijk zijn deze ouder dan de huisterp en hangen ze samen met een gunstige vestigingslocatie als gevolg van een opduiking van een zandlichaam in de ondergrond. Voorlopig is de datering laat neolithicum tot volle middeleeuwen