Een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van proefsleuven op de terp 'Achter de Hoven' te Leeuwarden, gemeente Leeuwarden (Fr.): ARC-Rapporten 2005-83

De dienst Stadsontwikkeling van de gemeente Leeuwarden is voornemens op een groenstrook gelegen achter de straat ‘Achter de Hoven’ een woonwagenkamp te realiseren. Naar aanleiding hiervan is een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van grondboringen uitgevoerd door archeologisch adviesbureau RAAP. In deze boringen is een archeologische laag aangetroffen, waarna in overleg met de provinciaal archeoloog is besloten tot het graven van vier proefsleufjes, om een beter beeld te krijgen van de aard van deze laag. Dit onderzoek is gegund aan ARC bv en uitgevoerd op woensdag 16 maart 2005. Conclusie: Het in de sloten en de antropogene ophogingslagen gevonden materiaal is niet ouder dan de 13e eeuw. Hiermee ligt een laatmiddeleeuwse datering van dit deel van de terp ‘Achter de Hoven’ voor de hand. Mogelijk is begonnen met de aanleg van de terp in de Volle Middeleeuwen. Indicatoren voor een vroegere datering zijn niet aangetroffen. Waarschijnlijk bevindt het onderzoeksgebied zich in een latere uitbreidingsfase van de terp. De sloot in sleuf 2 is de enige indicatie voor eerdere menselijke activiteit, omdat deze wordt afgedekt door de oudste ophogingslagen. In de ophogingslagen en van een hoger niveau ingegraven zijn de kuilen en de mogelijke paalkuil. In proefsleuf 4, tot slot, zijn sporen aangetroffen van een forse sloot, die mogelijk kan worden geınterpreteerd als ringsloot van de terp.Gezien de zandige opbouw van de terpzool en de zandige opbouw van de bodem, kan worden gesteld dat de terp op of nabij een oeverwal van de oude waterloop ‘De Potmarge’ is opgeworpen. De terp zelf is afgegraven, mogelijk dat rijksmonument boerderij ‘De Potmarge’ het centrum van de terp markeert. Het terrein waar het onderzoek is verricht, zal in de periferie van de kernterp zijn gelegen. Door middel van het proefsleuvenonderzoek is vastgesteld dat er op dit moment geen belemmeringen zijn om de geplande werkzaamheden uit te voeren. De grondsporen zijn waarschijnlijk niet ouder dan de Late Middeleeuwen. Daarbij zijn de geplande bodemingrepen ten behoeve van het woonwagenkamp niet van dien aard dat het totale bodemarchief met vernietiging wordt bedreigd. Gezien de aanwezigheid van laatmiddeleeuwse sporen onder het terrein en de mogelijkheid dat de kern van de (mogelijk oudere) terp in de onmiddellijke nabijheid is gelegen, wordt echter aanbevolen om bij toekomstige grootschalige werkzaamheden in deze omgeving, voorafgaand aan dergelijke werkzaamheden, archeologisch proefsleuvenonderzoek te laten plaatsvinden