Een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van een bureauonderzoek en boringen op de locatie Pont Eecen te Groningen (Gr.): ARC-Rapporten 2004-58

De aanleiding voor het archeologisch inventariserend onderzoek (IVO) zijn de woningbouwplannen op de lokatie `Pont Eecen' aan de Sontweg te Groningen. Hierbij vinden tot een diepte van ca. 1,5 meter onder het maaiveld bodemverstorende werkzaamheden plaats. Op een aantal plaatsen zal een bodemsanering plaatsvinden waarbij tot een diepte van ca. 6,5 meter onder het maaiveld grond wordt ontgraven. Het onderzoeksterrein ligt op de helling van de Hondsrug. In de nabijheid zijn in het verleden sporen uit o.a. de steentijd gevonden. Conform het verdrag van Malta heeft Heijmans Vastgoedrealisatie aan Archaeological Research & Consultancy (ARC bv) opdracht gegeven op deze locatie een IVO uit te voeren.Het bureauonderzoek vond plaats in week 41 en 42. Het veldwerk is uitgevoerd van 12 tot 14 oktober 2004. Conclusie: De onderzoekslocatie is gelegen op de westelijke rand van het Hunzedal. Het booronderzoek heeft uitgewezen dat de bodemopbouw, met uitzondering van de ophogingslaag, intact is. Het blijkt dat de top van de pleistocene ondergrond dieper ligt dan verwacht en wegduikt in oostelijke richting,naar het dal van de Hunze. In deze pleistocene ondergrond, bestaande uit dekzand, heeft zich in het Holoceen een holtpodzol ontwikkeld, welke nog intact is. Rekening houdend met de zeespiegelstijging, de diepte waarop de top van het dekzand zich bevindt en de nabijheid van vindplaatsen van neolithisch akkerland . Winschoterdiep en Academisch Ziekenhuis . kunnen ook hier archeologische resten verwacht worden van voor 2200 v. Chr. Deze resten stammen dan uit het Neolithicum of oudere perioden. De diepe ontgravingen die nodig zijn voor de bodemsanering zullen deze lagen verstoren. Bij de sanering van de locaties met vervuilde grond wordt er op een aantal plaatsen tot ca. 6 meter onder het maaiveld gegraven wat tot in de pleistocene ondergrond reikt. Omdat zich in de pleistocene ondergrond sporen uit het Neolithicum kunnen bevinden wordt aanbevolen om hier een opgraving met beperkingen uit te voeren