Gemeente Voorst. Plangebied Zwarte Kolkstraat 68 te Wilp-Achterhoek. Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek (karterende fase).

In opdracht van dhr. Poortinga heeft het onderzoeks- en adviesbureau BAAC bv een archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek met behulp van boringen (karterende fase) uitgevoerd in het plangebied Zwarte Kolkstraat 68 te Wilp-Achterhoek. Uit het bureauonderzoek bleek dat het plangebied deel uitmaakt van een relatief laaggelegen zandgebied met verspreid voorkomende hogere dekzandkopjes, gelegen tussen de stuwwal van de oostelijke Veluwe en het rivierkleigebied van de IJssel. Het plangebied ligt op het lagere deel van de flank van een dergelijk dekzandkopje. Dergelijke gebieden op een landschappelijke gradiënt waren van oudsher aantrekkelijke vestigingsplaatsen. Op het hogere en dus drogere deel van dit dekzandkopje bevindt zich direct ten noordwesten van het plangebied een vindplaats uit het mesolithicum en mogelijk ook uit het neolithicum. Ook in de late middeleeuwen en nieuwe tijd vond bewoning op de hoogte plaats. Uit oude kaarten komen geen echter aanwijzingen naar voren dat ook het plangebied in de nieuwe tijd bewoond is geweest. Het ontbreken van archeologische vondsten uit de tussenliggende perioden in de directe omgeving hoeft niet te betekenen dat het gebied niet bewoond werd. Het gebruik als hakhoutbosje in het begin van de negentiende eeuw op de overgang van bouwland naar oostelijk gelegen weiland bevestigt de ligging van het plangebied op een landschappelijke gradiënt in een naar verwachting relatief natte context. Door het gebruik als hakhout en later weiland zal de bodem naar verwachting tot de ploegdiepte (circa 30-40 cm –mv) verstoord zijn. Door het gebruik als erf en de bouw van de garage en berging kan de bodem plaatselijk dieper verstoord zijn geraakt. Of hierbij ook het archeologisch sporenniveau (top van de natuurlijke bodem; E-, B- of Chorizont) verstoord zal zijn geraakt is afhankelijk van de dikte van het cultuurdek dat mogelijk in het plangebied is opgebracht. Op basis van deze gegevens wordt aan het plangebied een middelhoge verwachting voor archeologische waarden (vuursteenconcentraties, nederzettingsresten en/of grafvelden) uit het laatpaleolithicum tot nieuwe tijd B toegekend. Uit het veldonderzoek bleek dat in het plangebied een 30 tot 50 cm dik cultuurdek aanwezig is met direct daaronder de licht roestige C-horizont. Vermoedelijk is van oorsprong wel een podzolprofiel aanwezig geweest, dat door het gebruik voor de landbouw en als erf is afgetopt en/of verploegd. In het plangebied werden geen archeologische indicatoren aangetroffen. Gezien de geomorfologische en bodemkundige ligging (relatief laaggelegen en nat gebied met een afgetopte en/of verstoorde bodem) is de kans op de aanwezigheid van onverstoorde archeologische resten klein. Op basis van deze gegevens wordt de archeologische verwachting in het plangebied bijgesteld naar laag en wordt geen vervolgonderzoek aanbevolen