Almelo Regionaal Bedrijventerrein RBT Twente (fase 1): Inventariserend archeologisch veldonderzoek : karterende en waarderende fase

In opdracht van projectgroep Openbaar Lichaam RBT heeft het onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuurhistorie en Cultuurhistorie (BAAC bv) een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek (karterende en waarderende fase) uitgevoerd door middel van boringen ten behoeve van de aanleg van het Regionaal Bedrijventerrein Twente te Almelo (RBT). Het RBT is een gezamenlijk project van de gemeenten Almelo, Borne, Hengelo, Enschede en de provincie Overijssel. Bij de aanleg van dit bedrijventerrein zijn bodemingrepen tot een diepte van minimaal 1 meter te verwachten, waardoor eventueel aanwezige archeologische waarden kunnen worden verstoord. Dit onderzoek beslaat uitsluitend het karterend en het waarderend booronderzoek. Schorn (2005) heeft voor het plangebied reeds een bureauonderzoek verricht in combinatie met enkele verkennende boringen. Daarbij is aan enkele gebieden een middelhoge tot hoge archeologische verwachting toegewezen. Voor een aantal gebieden wordt binnen dit onderzoek de opgestelde archeologische verwachting getoetst door de eventueel aanwezige archeologische resten te inventariseren. Het betreft respectievelijk gebieden 7, 11, 12, 13, 18, 19, 20 en 21 (Tebbens 2005). Om deze inventarisatie te realiseren dient op de volgende onderzoeksvragen (Wentink 2005) een antwoord te worden gegeven. In de gebieden 7, 19, 20 en 21 zijn directe aanwijzingen gevonden die wijzen op de aanwezigheid van archeologische resten in het gebied. In gebied 7 is bouwmateriaal aangetroffen, dat wijst op de mogelijke aanwezigheid van een oudere fase van de huidige boerderij. In de gebieden 19, 20 en 21 zijn fragmenten bewerkt vuursteen aangetroffen. In gebied 18 bestaan sterke vermoedens op de aanwezigheid van een oudere boerderij onder de huidige boerderij op basis van vondsten in het aangrenzende beekdal. Het is onbekend in hoeverre de aanleg van de huidige bebouwing eventueel aanwezige funderingen heeft vernietigd. Hoewel op de overige ruggen in de gebieden 11, 12 en 13, een volledig intact bodemprofiel is aangetroffen, ontbreken aanwijzingen voor de aanwezigheid van een vindplaats