Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek met proefsleuven aan de Stromenweg, plangebied Rittenburg te Middelburg

In het kader van de planvorming Rittenburg heeft de WAD een archeologisch onderzoek uitgevoerd in het plangebied aan de Stromenweg te Middelburg. Bureauonderzoek en booronderzoek hadden duidelijk gemaakt dat in het gebied een lage verwachting op aanwezigheid van archeologische resten uit de Middeleeuwen en de Post-Middeleeuwen heerst. Het gaat hooguit om resten van de inrichting van tuinen en parken rond buitenplaatsen en van de fundering van de voormalige stoomtram. Ook maakte het booronderzoek duidelijk dat kreken en middeleeuwse moernering de top van het onderliggende veen grotendeels hebben doen verdwijnen. Wel kon de WAD op vier verschillende plaatsen de aanwezigheid van een plaats (groter of kleiner) karteren, waar de top van het veen niet alleen intact was, maar ook veraard. Dit houdt in dat hier voor de mens in de IJzertijd en de Romeinse Tijd goede omstandigheden heersten om te wonen of een vorm van landbouw te bedrijven. Daarom heeft de WAD ter hoogte van deze plaatsen proefputjes gegraven, op zoek naar vondsten uit de IJzertijd en de Romeinse Tijd en op zoek naar andersoortige aanwijzingen voor bewoning of gebruik van de locaties. Op drie van de vier locaties (WP 1, 3 en 4) bevestigden de proefputjes de aanwezigheid van een intacte en veraarde veentop. Op geen van de locaties kwamen archeologische vondsten voor, net zomin als aanwijzingen voor bewoning of gebruik van het veenlandschap hier in de bewuste perioden. Bij werkput 2a t/m 2c vond men alleen opgevulde moerneringsputten. De boring met intact veen zal in een zogenaamd veendammetje tussen twee moerneringskuilen zijn gezet