Ouderkerk Gouderak Middelblok 1-3 Booronderzoek: Middelblok 1-3 te Gouderak, gemeente Ouderkerk

ADC ArcheoProjecten heeft in mei en juni 2012 ten behoeve van de sloop en nieuwbouw van een boerdeij een bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek uitgevoerd op de locatie Middelblok 1-3. Aan en direct onder het maaiveld kunnen archeologische resten voorkomen uit de Nieuwe tijd en mogelijk uit de Middeleeuwen. Op basis van de geraadpleegde oude kaarten is de eerste bebouwing binnen het plangebied afkomstig uit de periode 1877-1899. Aangezien het plangebied deel uitmaakt van een laatmiddeleeuws ontginningslint kan oudere bebouwing (vanaf de Late Middeleeuwen) niet worden uitgesloten. In de diepere ondergrond kunnen archeologische resten voorkomen vanaf het Laat-Mesolithicum tot en met de IJzertijd op of in de top van de oeverafzettingen van de Gouderak stroomgordel tot maximaal 6,6 m beneden het maaiveld. Gezien de diepteligging van deze mogelijke resten zullen deze waarschijnlijk niet worden aangetast door het huidige bouwplan. Teneinde deze verwachting te toetsen werd in het plangebied een verkennend en karterend booronderzoek uitgevoerd. Ter plaatse van het plangebied zijn geen aanwijzingen aangetroffen voor resten uit de Late Middeleeuwen. In de boring die binnen het woonhuis is gezet is onder een dun laagje bouwzand een natuurlijk kleiafzetting en geen ophogingspakket aangetroffen. In de boringen die buiten de huidige bebouwing zijn gezet is een ophogingspakket van (sub)recente oorsprong aangetroffen. Waarschijnlijk is de huidige bebouwing de eerste binnen het plangebied. Omtrent de ouderdom van deze bebouwing is enige onzekerheid. Op grond van oude kaarten wordt geconcludeerd dat de bebouwing niet ouder kan zijn dan 1877, volgens de huidige eigenaar dateert de boerderij uit de 18e eeuw. Visuele inspectie van de voorgevel doet een oudere oorsrpong dan eind 19e eeuw vermoeden. ADC ArcheoProjecten adviseert om een archeologisch vervolgonderzoek uit te voeren. Vanwege de geringe verstoring (max 0,6 m – mv) kan dit de vorm hebben van een archeologische begeleiding. Hierbij dient te worden opgemerkt dat tijdens de sloop alleen het bovengrondse muurwerk verwijderd kan worden. Vanwege het feit dat ook de funderingen van de huidige bebouwing mogelijk archeologisch waardevol zijn, dienen deze bij het ontgraven van de bouwkuip te worden vrijgelegd en archeologisch gedocumenteerd. De archeologische begeleiding dient hetzelfde doel als defintieve opgraving. Dit betekent dat indien bij de civieltechnische werkzaamheden toch vondsten of archeologische sporen worden aangetroffen, deze worden geregistreerd en, in zover de werkzaamheden dat toelaten, worden gedocumenteerd. De exacte invulling van de werkzaamheden dient te worden vastgelegd in een door de bevoegde overheid goed te keuren Programma van Eisen (PvE). De omgevingsdienst Midden-Holland (deskundige names de gemeente Ouderkerk) deelt de mening van ADC ArcheoProjecten niet dat op basis van het uitgevoerde onderzoek er voldoende aanwijzigingen zijn om aanvullend archeologisch onderzoek in de vorm van een professionele archeologische begeleiding te rechtvaardigen. Omdat het huidige pand een MIP object betreft en er twijfel bestaat over de ouderdom van het pand acht de omgevingsdienst wel een begeleiding door een lokale historische vereniging of de Archeologische Werkgroep Nederland noodzakelijk. Mochten er onverhoopt toch opvallende details of oudere voorgangers worden aangetroffen dan kunnen zij dit gelijk herkennen en documenteren. Bij bijzondere vondsten geldt onverkort de meldplicht conform artikel 53 van de Monumentenwet 1988