Gemeente Wierden. Plangebied Enterweg 17 te Rectum: Bureauonderzoek en Inventariserend veldonderzoek (karterende fase)

Binnen het gehele plangebied zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen die kunnen duiden op de aanwezigheid van vindplaatsen uit de periode vanaf de Bronstijd. In het noordelijke deel van het plangebied zijn bodemkundige aanwijzingen aangetroffen die er op duiden dat dit deel al vanaf het Vroeg-Holoceen vrij nat is geweest. De condities gedurende de Steentijd waren in dit deel van het plangebied minder gunstig voor bewoning. Derhalve is de middelhoge archeologische verwachting op het aantreffen van vindplaatsen vanaf de Steentijd voor dit deel van het plangebied naar beneden toe bijgesteld naar een lage verwachting. Dit geldt echter niet voor het zuidelijke deel van het plangebied. Hier is een relatief hoog gelegen dekzandkop aangetroffen met een deels intacte bodemopbouw. Er zijn geen aanwijzingen aangetroffen die kunnen duiden op een slechte waterhuishouding. Dergelijke hoog gelegen terreinen vormden in de Steentijd aantrekkelijke vestigingsgebieden. Dit is mogelijk ook het geval binnen het zuidelijke deel van het plangebied. Ter plaatse van boring 10 is namelijk een fragmentje bewerkt vuursteen aangetroffen (afslag). Dit kan duiden op de aanwezigheid van een jachtkampement. Derhalve is de hoge verwachting op het aantreffen van vindplaatsen uit de Steentijd in dit deel van het plangebied gehandhaafd