Erfstraat 23 te Uden: Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase

In opdracht van Inpijn-Blokpoel Milieu BV heeft archeologisch onderzoeksbureau Archeodienst BV een bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase (IVO-O(verig); booronderzoek) uitgevoerd in het plangebied aan de Erfstraat 23 (perceel T 1434) in Uden (gemeente Uden). Het onderzoek is uitgevoerd voor de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de uitbreiding van een bestaand bedrijf. De bodem zal door graafwerkzaamheden tot een diepte van maximaal 1,5 m beneden maaiveld worden verstoord. Eventueel aanwezige archeologische resten zullen daarbij verloren gaan. Archeologische interpretatie In het plangebied zijn beekeerdgronden aanwezig, die in het noordelijk deel van het plangebied tot ca. 90 cm –mv zijn omgewerkt. Vuursteenvindplaatsen van jagers-verzamelaars bestaan voornamelijk uit strooiing van fragmenten vuursteen en ondiepe grondsporen, zoals haardkuilen, in de bovengrond van de oorspronkelijke podzolgrond. Aangezien de bodem in het noorden is verstoord, zijn daar eventueel aanwezige vuursteenvindplaatsen verloren gegaan. De lage verwachting uit het bureauonderzoek voor vuursteenvindplaatsen van jagers-verzamelaars uit het Laat-Paleolithicum tot en met Mesolithicum kan door de verstoringen in het noordelijke deel en de beekeerdgronden in het zuidelijke deel voor het gehele plangebied worden gehandhaafd. Nederzettingsresten uit het Neolithicum tot en met de Nieuwe tijd bestaan niet alleen uit fragmenten aardewerk, maar ook uit diepere sporen zoals paalgaten en afvalkuilen. Deze sporen kunnen tot in de C-horizont reiken en zijn mogelijk nog intact. Voor deze periode was in het bureauonderzoek op basis van de landschappelijke ligging een lage verwachting opgesteld. Het booronderzoek geeft geen aanleiding om deze lage verwachting bij te stellen. Advies Op grond van de resultaten van het onderzoek acht Archeodienst BV een archeologisch vervolgonderzoek niet noodzakelijk