Een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van een bureauonderzoek en boringen aan de Duinstraat te Hoogerheide, gemeente Woensdrecht (N-.B.): ARC-Rapporten 2003-22

In opdracht van de Woningstichting Woensdrecht is op 19 november 2002 een archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) door middel van boringen uitgevoerd op een terrein op de hoek van de Duinstraat en de Heistraat te Hoogerheide, gemeente Woensdrecht. Het veldwerk bestond uit het bestuderen van de bodemopbouw door middel van grondboringen en het inventariseren van eventuele archeologische sporen en werd uitgevoerd door dr. H. Buitenhuis en dhr. B. Peeters van Archaeological Research & Consultancy (ARC bv). Drs. B. Bijl was als fysischgeografisch specialist begeleider van het project. Daarnaast is bureauonderzoek verricht naar eventuele eerder gedane archeologische vondsten nabij het terrein. Conclusie en aanbeveling: Het terrein bestaat voor het grootste deel uit een onverstoorde bodem met een podzolprofiel. Alleen aan de zuidkant, nabij boringen 2, 3 en 10, lijkt het bodemprofiel recent te zijn verstoord. Op 50–70 cm beneden maaiveld bevindt zich de (redelijk) intacte top van het dekzand (het maaiveld ten tijde van de prehistorie). Indien er archeologische vondsten en/of sporen aanwezig zijn bevinden ze zich op deze diepte en kunnen ze in situ aanwezig zijn. Dieper, onder het dekzand bevinden zich Oud-Pleistocene fluviatiele afzettingen, archeologisch gezien niet interessant. Er zijn tijdens het onderzoek geen concrete vondsten van archeologische waarde gedaan. Het terrein bestaat voor het grootste deel uit een onverstoorde bodem met een podzol profiel. Alleen aan de zuidkant, nabij boringen 2, 3 en 10, lijkt het bodemprofiel recent te zijn verstoord. Er zijn geen vondsten van archeologische waardegedaan. Een intact podzolprofiel houdt in, dat de zandgrond een langere periode ongestoord is geweest, waardoor bodemvorming kon optreden. Voor de archeologie is dit van groot belang, want eventuele vondsten of sporen kunnen dan in situ aanwezig zijn. Gezien de (redelijk) intacte top van het dekzandpakket waarin een podzolprofiel aanwezig is, kan geconcludeerd worden dat archeologisch vervolgonderzoek noodzakelijk is als tijdens de bouwactiviteiten dieper dan 50 cm beneden maaiveld verstoringen plaatsvinden