Parental age and Autism Spectrum Disorders

Introductie Autisme spectrum stoornissen (ASS) zijn pervasieve ontwikkelingsstoornissen die steeds vaker lijken voor te komen. Ondanks het vele onderzoek dat naar ASS wordt en is gedaan, is de etiologie nog steeds onduidelijk. Uit onderzoek komt naar voren dat erfelijke factoren een grote rol spelen bij het ontstaan van ASS. Daarnaast spelen ook omgevingsfactoren een rol, zoals de leeftijd van de ouders ten tijde van de conceptie . Sinds het eerste onderzoek op dit gebied (1970) is dit vraagstuk herhaaldelijk onderzocht, tot nu toe zonder eenduidige uitkomst. Deze studies hebben vooral gefocust op de leeftijd van de ouders en het ontwikkelen van ASS. Er is geen onderzoek gedaan naar de leeftijd van de ouders en de ernst van ASS, de symptomatologie. Deze studie heeft tot doel de leeftijd van de ouders en de kans op het krijgen van een kind met autisme in Nederland te onderzoeken en daarnaast is onderzocht of de leeftijd van de ouders invloed heeft op de ernst van symptomatologie van ASS bij het kind. Materiaal en methoden In deze case-control studie zijn 461 patiënten met ASS geïncludeerd en 1841 controle personen. De patiënten zijn afkomstig uit het Universitair Medisch Centrum Utrecht en Groningen (UMCU en UMCG), de controle populatie is anoniem geselecteerd uit de database van het Centraal Bureau van de Statistiek. De symptomatologie van ASS en de leeftijd van de ouders is op twee manieren onderzocht. Ten eerste met behulp van de verschillende ASS diagnoses (autistische stoornis, pervasieve ontwikkelingsstoornis niet anders omschreven (PDD-NOS) en het syndroom van Asperger), ten tweede met behulp van scores op testen voor autisme; Autism Diagnostic Observation Schedule (ADOS) en Autism Diagnostic Interview (ADI). Resultaten De analyse laat geen correlatie zien tussen leeftijd van de ouders en de kans op het krijgen van een kind met ASS. De leeftijd van de ouders was wel gecorreleerd met de ernst van autisme. Het verschil in leeftijd tussen de ouders was significant verschillend tussen de groep met autistische stoornis en de groep met PDD-NOS en Asperger syndroom; respectievelijk 33 en 24 maanden verschil (p 0,038). Een groter verschil tussen de ouders is ook gecorreleerd met een slechtere score op ADI en ADOS, waarbij de totaalscores voor ADI en ADOS significant verschilden (ADOS p 0,031 en ADI p 0,003). Conclusie Dit onderzoek vindt geen verband tussen de leeftijd van de ouders en de kans op het krijgen van een kind met ASS. Er is wel een correlatie gevonden tussen de leeftijd van de ouders en de symptomatologie van ASS: het verschil in leeftijd tussen de ouders is gecorreleerd met de symptomatologie van ASS. Toekomstig onderzoek naar de leeftijd van de ouders en ASS zal zich dus niet alleen moeten focussen op de correlatie met ASS, maar ook op de correlatie met de symptomatologie van ASS.